De Pools-Zweedse Aleksandra Mir toont dit najaar haar verrassende kijk op de ruimtevaart in Museum M in Leuven. Politiek en feminisme overgoten met een sausje van humor.
Aan de inkom liggen verschillende kunstboeken van Aleksandra Mir klaar, waaronder de catalogus van The Space Age, maar ook How Not To Cookbook en The Meaning Of Flowers. Deze publicaties suggereren niet alleen de diversiteit van Mirs kunstpraktijk, maar ook dat zij op intellectueel gebied wat wil bewijzen.
In de eerste museumruimte speelt een film die Mir duidelijk als intellectueel statement bedoelt en die aantoont waar zij als kunstenares voor staat. First Woman On The Moon parodieert de eerste maanlanding en is gefilmd op het strand van Wijk aan Zee in Nederland. Mir huurde bulldozers en kranen in om een maanlandschap na te bootsen, waarin zij zelf “de eerste vrouw op de maan” speelt. Op de geluidsband zijn, naast de futuristische klanken van Peter Vibergs compositie “Echo Of Space”, verschillende speeches over de originele maanlanding te horen. Het feministische statement is niet te miskennen en wordt in een politiek kader geplaatst. De constructie van het “maanlandschap” en de strandgangers die deze werkzaamheden met verraste blik aanschouwen, zorgen dan weer voor een komische noot.
In de uitgebreide collagereeks “The Dream And The Promise” schetst Mir een vergelijking tussen religie en wetenschap. Deze twee velden komen vaak met elkaar in conflict, maar Mir maakt duidelijk dat er ook heel wat gelijkenissen zijn. Zo zijn er visuele overeenkomsten tussen de aureool van een heilige en het masker van een astronaut en wordt de hemel in beide iconografieën vereerd en op een gelijkaardige manier voorgesteld. Mir wil bovendien opnieuw een feministisch statement maken: zowel in religie als in wetenschap spelen vrouwen vaak een ondergeschikte rol. Ze toont dit steeds op een extreem spottende manier, bijvoorbeeld door een raket in de vorm van een fallus te laten zegenen door Sint-Marcellinus. De collages zijn ook esthetisch zeer aantrekkelijk. Ze zijn immers samengesteld uit antieke prenten en knipsels uit wetenschappelijke magazines. De reeks is volledig verspreid over een uitgestrekte zaal, wat de bezoeker het gevoel geeft omsingeld te zijn door Mirs concept.
Met de film Gravity, waarin Mir een raket laat bouwen, keert de iconografie van de fallus terug. Voor dit project verzamelde ze industrieel afval van over heel Engeland. In de eindgeneriek benadrukt ze dat de meeste mensen die aan de raket gewerkt hebben mannen zijn: ingenieurs, vrachtwagenchauffeurs, techniekers enz. Opnieuw een weinig verdoken feministische boodschap, deze keer in combinatie met een ecologische toets. Dankzij de heerlijke soundtrack, bestaande uit onder meer instrumentale versies van “Flashdance” en “My Heart Will Go On”, verlaat de bezoeker deze zaal met een luchtig gevoel, maar de film doet absoluut nadenken, ook na het museumbezoek.
Mir is zonder meer een meester in het overbrengen van een politiek idee zonder het zwaarmoedige gevoel dat daar vaak mee gepaard gaat. Haar vindingrijkheid en absurde humor laten zich perfect combineren met een interessante boodschap. Ze behandelt bovendien thema’s waarmee niet veel hedendaagse kunstenaars bezig zijn: ruimtevaart, religie en de positie van de vrouw in die twee invloedrijke velden. Zowel voor mensen die houden van kunst met een boodschap als voor liefhebbers van absurde humor een boeiende beleving.
Aleksandra Mir. The Space Age loopt nog tot 16 februari 2014 in Museum M, Leuven.