“We hebben het gevoel dat we een periode aan het afsluiten zijn”, zo vertelt Panda Bear ons voor het optreden in de AB. Een paar uur later begrijpen we wat hij bedoelde: zijn groepje Animal Collective dobberde wat stuurloos rond, was af en toe geniaal, maar wist niet langer volledig te boeien.
Het is 2005 en Animal Collective sluit af met een zinderend “Purple Bottle”, na een zinderende set waarin vooral nieuwe nummers in één lange uitzinnige jam aan elkaar worden gespeeld. De groep is op het hoogtepunt van zijn kunnen, denk je. Neen, het is 2012 en datzelfde Animal Collective houdt het voor bekeken met een daverend en doordenderend “Purple Bottle” alsof het nog steeds acht jaar geleden is. Dat is het helaas niet.
Door dat uitzinnige slotnummer wisten we immers weer hoe meeslepend Avey Tare, Panda Bear, Geologist en Deakin kunnen zijn, en dat was even hard wakker worden na een optreden dat ons meer dan eens zachtjes in slaap probeerde te sussen. Het begon al niet goed met opener “Crimson”, een flauw B-kantje dat slechts ter plaatse dobbert.
Nochtans zag het er al veelbelovend uit, nog voor er één noot werd gespeeld. Animal Collective treedt dezer dagen immers op in een soort Tomorrowland-decor dat nog het meest doet denken aan een opengesperde mond met een kleurrijk verhemelte. De tanden die boven en onderaan het podium hangen en staan, dienen nog eens als extra projectiescherm; het is een visueel drugsvisioen dat perfect past bij de muziek.
Toch als die goed zit, en dat lukt dan gaandeweg wat. “Honeycomb” heeft wat meer ritme, zoals het drijft op ontregelde percussie van de door zijn moeder nog altijd “Noah Lennox” genaamde Panda Bear. De chaos waarin het nummer ontspoort, leidt tot “Lion In A Coma”, een psychedelisch tripfestijn dat steviger klinkt dan op die doorbraakplaat Merriweather Post Pavilion. Het is ook niet moeilijk de oorzaak daarvan te vinden: regelmatig staat vierde groepslid Deakin, dat die plaat aan zich voorbij liet gaan, dansend met zijn bas in het midden.
Animal Collective is opnieuw een groep geworden, en op de beste momenten van de avond merk je dat ook. In “Father Time” ontdekken de groepsleden hun innerlijke Afrikaan met funky bassen en losse percussie. “Today’s Supernatural” barst vervolgens langverwacht uit met een lang uitgesteld “L-L-L-L-L-Leeet go!” van Tare. Het is een van de meest typische nummers voor de groep; ratelende drums, elektronica die in het rond suist, en iets dat niet anders dan als indianenzang kan omschreven worden.
“Sometimes you gotta go get MAAAAD” klinkt het in dat nummer, en we willen wel, maar een lange pijnlijke stilte na de laatste noot haalt de vaart meteen weer uit de set. Technische problemen? Iets anders? Een verklaring volgt niet, en de groep verzinkt vervolgens in traag en atmosferisch gepingel. De grens tussen verveling en sfeer is dan erg dun, maar in het op een Four Tet-achtig riedeltje draaiend “Monkey Riches” blijft de groep nog net aan de juiste lijn. Deakin staat alweer in het midden, een lange spacejam volgt tot het nummer gaandeweg een vaag R&B-achtig gevoel meekrijgt.
In een laatste eindspurt mogen de demonen dan toch helemaal los met een openspattend “Brothersport”, een ijzersterke ode aan broederliefde, en “My Girls”, hetzelfde maar dan aan vrouw en kind. Dit is waar het optreden had moeten beginnen om dan op te bouwen. Maar helaas is dat het einde van de set. Enkel de bissen kunnen nog wat troost brengen met een sterk “What Do I Want? Sky”, een lang uitgesponnen tripnummer dat nooit de melodie uit het oog verliest, en dat oudje “Purple Bottle”, helemaal met ongeautoriseerd Stevie Wonder-citaat aan toe.
Animal Collective is nooit een groep geweest die de fun, de hits voorzag, dus daar moeten we niet over klagen. De groep heeft altijd willen vooruitkijken, op zoek naar iets nieuws, maar daar ontbrak het vanavond ook aan. Geen enkel nieuw nummer werd getest, er werd gewoon een wat flauwe keuze uit de meest recente plaat gebracht, zoals elke rockgroep dat doet. Het laatste wat Avey Tare et les autres mogen zijn, is elke rockgroep. Dat gevaar komt dichter en dichter. Wij trekken bij deze aan de alarmbel: graag de volgende keer meer avontuur, jongens. Of anders écht de fun en de hits!