Microphonics XXI-XXV mag nu al gelden als een van de mooiste Belgische albums van 2013. Gitarist Dirk Serries is er niet mee toe aan z’n proefstuk, al is z’n discografie intussen zo kolossaal, dat er een goed geïnformeerd zicht op krijgen minstens een parttime bezigheid is. Wie echter nog op zoek is naar een ideale introductie, die kan dit uit desolate gitaarklanken gebeeldhouwde pareltje zonder aarzelen aanschaffen en beginnen aan een meeslepende reis. Zo makkelijk is dat. In de aanloop naar zijn concert in de 4AD in Diksmuide (8 mei), stelden we Serries een resem vragen over o.m. dat nieuwe werk, improvisatie en vinyl.
Eerlijk? Een tijd geleden gaven we de hoop op om ooit nog eens ondergedompeld te worden in het werk van Dirk Serries. Met Fear Falls Burning leek het wel alsof de man er een carrière op nahield die, door de talloze releases en samenwerkingen, even chaotisch als intimiderend moeilijk om op te volgen was. Kwam er nog eens bij dat we het eigenlijk wel een beetje gehad hadden met de wereld van het verlammende dronewerk waar hij in terechtgekomen was (alhoewel je hem eerder als een trendsetter dan een volgeling moet beschouwen). Maar dan was er ineens zijn onder eigen naam uitgebrachte Microphonics-project, waarmee je een andere gedaante gepresenteerd kreeg. Nog steeds instrumentaal, meeslepend en melancholisch, maar met rijkere schakeringen, zonder die versmachtende toer op te gaan.
Die verschuiving was zowel een bewuste keuze als een gevolg: “Natuurlijk kan ik mijn eigen fascinatie voor het melancholische niet verloochenen, al bleek dit bij Fear Falls Burning meermaals verdrongen naar de achtergrond. Dat project was een haast oncontroleerbare entiteit geworden, waardoor er zich eerder een groepsgevoel opdrong dan de visie van één persoon. Microphonics was daar het tegengif voor, zeker op de eerste plaat. Het was het erkennen van mijn fascinatie voor het minimale, het melancholische. Wat ik eigenlijk uitadem. Toen ik Fear Falls Burning op een waardige manier kon afsluiten, gaf dit me de nodige ruimte en vrij spel voor het ontwarren van mijn eigen visie. Niet dat het een gemakkelijk proces was, maar het werkte wel bevrijdend en ik vermoed dat er daardoor ook meer licht in de muziek verscheen.”
Het opmerkelijke is ook de opvallend emotionele geladenheid van de muziek. Hoewel het nieuwe album bij een eerste beluistering lijkt aan te sluiten bij de eerder afstandelijke en onderkoelde gitaararchitectuur, laten meerdere beluisteringen een opvallend gelaagde, doorleefde en veelzijdige plaat horen, die zowel ingetogenheid als passionele grandeur en ontroering toelaat. Ook dat schrijft Serries toe aan het afsluiten van het ene hoofdstuk en het opstarten van het meest recente: “Na het afronden van Fear Falls Burning bleek het een bijzonder moeilijk proces te zijn om mijn solowerk onder eigen naam in de vorm van een tweede plaat verder te zetten. Talloze sessies en studio-opnames bleken vergeefse moeite; het werkproces van het eerste album werkte niet meer.”
“Pas bij het gebruiken van een aantal eerder digitale technieken, in combinatie met de elektrische gitaar, begon het schrijven van het nieuwe album te vlotten. Die ‘nieuwe’ technische opties die ik toeliet in het proces zorgden voor een dynamische maar eveneens spontanere ontwikkeling van de songs. Niet alleen kon ik meer vrijheid hanteren in het anticiperen tijdens het componeren, maar ontstond er ook een grotere muzikale dynamiek en een sterkere emotionele thematiek. Die werd waarschijnlijk ook gevoed door de lange impasse in het schrijven van dit nieuwe album en in de wetenschap dat het moeilijker en essentiëler was dan aanvankelijk gedacht om mezelf onder eigen naam te profileren.”
Invloeden en begrepen worden
Microphonics XXI-XXV klinkt zeer puur en introspectief en is daardoor geen muziek die je oplegt als er discussies gevoerd worden. Het eist inspanning en concentratie en geeft door z’n Spartaanse aanpak de suggestie dat Serries het eerder zoekt bij gelijkgezinde voorgangers: “Van nature uit ben ik inderdaad niet de meest optimistische, vandaar dat ik ook wel geregeld grijp naar de bij momenten nihilistische waarheidsfilosofie van meesters als Friedrich Nietzsche, Aristoteles en schrijvers als Goethe en Dante. Eerder als losstaande gedachtenkronkels, maar die dan wel emoties losweken of net de gemoedsstemmingen accentueren. Merkwaardig is dat deze vormen van inspiratie mij rust bieden zoals ik ook door de neerslachtige muziek van o.a. Arvo Pärt en Morton Feldman een vorm van optimisme ervaar. Ik ben een uiterst gepassioneerd muzikant, fanatiek in mijn zoektocht naar de essentie van klank en de krachtige eenvoud van de compositie, waardoor dit een onophoudelijke bron van motivatie alsook inspiratie blijft voor wat ik maak. Tegelijkertijd is het ook de ballast tijdens het maken van een nieuw werk.”
“Nooit voorheen speelde de emotie, de gemoedstoestand en het gevoel zo’n essentiële rol in het realiseren van het nieuwe album, en dus kan ik ook met zekerheid zeggen dat dit tot op heden mijn meest persoonlijke, emotionele — en vooral melancholische — en puurste werkstuk is.” Je merkt het aan alles dat Serries dit nieuwe project nauw aan het hart draagt, wat ook tot uiting kwam toen hij onlangs een paar recensies van zijn album van commentaar voorzag: “Ik had mij beter moeten verwoorden, want ik was in feite helemaal niet ontevreden omtrent die recensie. Ze stond in schril contrast tot een aantal andere, informatierijke recensies, maar tegelijkertijd vond ik ze ook ontroerend mooi omdat ze juist omschreef hoe machteloos de journalist zich voelde om de muziek accuraat te vertalen naar woorden. Op zich ook wel een compliment en ik ben wel bijzonder blij om te zien dat het nieuwe album door velen op waarde wordt geschat. Ik ben ook aangenaam verrast door de soms zeer emotionele taal in sommige recensies.”
“Los hiervan heb ik wel de strijd om begrepen te worden opgegeven of laat ik het gewoon voor wat het is. Je hebt gelijk dat deze soort muziek snel beoordeeld wordt op basis van zeer oppervlakkige meningen en veronderstellingen, maar hiertegen vechten doe ik niet meer. Je kunt de mensen blijkbaar toch niet op andere gedachten brengen. Daarenboven hangt het allemaal zo nauw samen met wat momenteel hip en populair is, en om dat te bepalen zijn er helaas andere motivaties in het spel. Na dertig jaar en zeker dankzij het nieuwe album weet ik nu wel wat ik waard ben en wat ik reeds over deze drie decennia heb gerealiseerd, zowel nationaal als internationaal. Mij verdedigen of motiveren doe ik niet meer.”
Improvisatie en het gemoed
Gevraagd naar de rol van improvisatie binnen zijn muziek: “Ik ben een controlefreak, dus heeft improvisatie een eerder schizofrene rol te vervullen in de realisatie van mijn muziek. Maar het improvisatiegedeelte is in feite hoe ik op het moment reageer en anticipeer op het verloop van de herhalende patronen. De aanpak wordt wel steeds gedirigeerd door het verloop van de basisstructuur in tijd en beweging, noem het maar een gecontroleerde improvisatie. Dit geldt ook voor de concerten. Hoewel ik mijzelf redelijk veel ruimte gun voor improvisatie, blijft elk concert een vaste structuur met een begin, middenstuk en einde.”
In zijn beginjaren met vidnaObmana was muziek een studiogebeurtenis voor Serries. De talloze samenwerkingsverbonden van Fear Falls Burning hebben echter een verschuiving teweeggebracht, terwijl het recente project daar ook uit voortvloeide: “Microphonics was ook initieel opgezet als een live concept waarin de muziek uitsluitend werd gerealiseerd op basis van real-time loopen en het antwoord hierop tijdens het verloop van de song. Het tweede album was door de andere technieken een complexer proces, maar elke lijn, elke track, elke streep improvisatie werd eveneens real-time en dus live in de studio opgebouwd. Ik ben ervan overtuigd dat dit ook heeft geleid tot de emotionelere grandeur en het organische geheel van de stukken. Veel meer dan voorheen heeft elke track een klassieke structuur.”
“Dit heeft eveneens geleid tot een live reproductie van sommige songs tijdens de recente concerten. Terwijl ik vroeger veel meer vertrouwde op een vorm van gecontroleerde improvisatie op basis van een aantal gitaarsettings en de manipulatie ervan, ben ik nu tijdens concerten veel meer toegelegd op een vrije reconstructie van de bestaande songs uit het laatste album. Sommige herkenbaar en sommige iets minder, maar compositorisch volgen ze wel duidelijk de originele structuur van de albumversies.” Opvallend is daarbij dat de muziek, veel sterker nog dan bij zijn collega’s, een visuele tegenhanger oproept, de beperkingen van het pure klankmatige van zich af probeert te werpen: “Inderdaad, hoewel de muziek toch wel grotendeels ontstaat uit geluidsinspiratie, merk ik op dat de muziek veel meer dan vroeger beïnvloed wordt door gemoedservaringen. Vandaar de grotere emotionele aanwezigheid in het nieuwe album. Initieel stond mijn solowerk in de Microphonics-reeks uitsluitend genoteerd als een reeks van muziek volgens een bepaalde numerieke volgorde. Bij het nieuwe album voelde ik aan dat het opportuun was om de muziek toe te lichten in de vorm van titels. Woorden die sfeer scheppen zonder afbreuk te doen aan het abstracte en waardoor de luisteraar zelf kan invullen waarover dit album zou kunnen gaan of wat het eventueel zou provoceren.”
Roadburn, metal en de toekomst
Tien jaar geleden was het ongetwijfeld nooit mogelijk geweest, maar Serries’ optreden op het voorbije Roadburnfestival was misschien wel een erkenning van zijn rol en status als artiest: “Roadburn is zeer goed meegevallen. Natuurlijk was het niet mijn eerste kennismaking met het festival, maar het blijft natuurlijk een gok, want je blijft een buitenbeetje in stijl en presentatie. Maar gelukkig weten zowel de programmator alsook een deel van het publiek de diversiteit te appreciëren. Spelen in een professionele en superaangename zaal als 013 blijft een ongelooflijke en creatieve en positieve ervaring.” De toenadering vanuit de wereld van de heavy muziek was trouwens al langer aan de gang dan vandaag: “Mijn laatste trilogie als vidnaObmana op het Amerikaanse Relapse Records bracht in feite alles in een stroomversnelling. Relapse, overwegend een metal label, zond mijn albums naar meerdere van hun bands en muzikanten, waardoor ik in nauwer contact kwam met de scene.”
“Toen ik met Fear Falls Burning startte, leek de brug geslagen en was de connectie bijzonder lucratief en inspirerend te noemen. Zo ontdekte ik bijvoorbeeld dat mijn muziek, zelfs de meest ambient-georiënteerde van de jaren negentig, enorm werd geapprecieerd door artiesten uit het genre en zelfs voor er sprake was van een trilogie op het Relapse label. Natuurlijk heeft Fear Falls Burning dit verder uitgediept, al was het maar omwille van verandering van instrumenten, van synths naar de elektrische gitaren. En kreeg ik zelf meer appreciatie voor het genre an sich en hoe deze muzikanten denken en leven. Ze staan veel dichter bij mijn werkfilosofie dan wat ik voorheen kon ervaren in het wereldje van de experimentele- en ambientmuzikanten en -luisteraars.”
“Vroeger legde ik mezelf telkens de verplichting op om me verder te ontwikkelen en nieuwe muziek te realiseren, maar met dit album voel ik voor de eerste keer deze drang niet. Ik ben nu zelfzeker genoeg om me langer met dit album naar de buitenwereld toe te profileren met concerten. Ook geef ik mezelf meer tijd om het proces van dit album te verwerken vooraleer ook maar een poging te ondernemen om een opvolger te schrijven. Dat is op zich al een moeilijke opdracht, laat staan het laatste album te evenaren. Los van het solowerk, dat wel prioriteit blijft ten opzichte van andere projecten, is er nog wel het experimenteel jazztrio Yodok met Tomas Järmyr op drums en Kristoffer Lo op tuba, beiden muzikanten uit Noorwegen. Een super interessant project waarvan de realisatie wel omslachtiger is door de geografische afstand tussen ons drie, maar we bouwen rustig verder aan de ontplooiing ervan.”
Koning Vinyl
En tenslotte over de vinylcultuur die weer volop de kop opsteekt. Voor een artiest als Serries, die in de hoogdagen van het zwarte spul muziek begon te maken, moest het wel een vreemde ervaring zijn om het formaat te zien terugkeren: “De stijgende interesse voor vinyl kan ik natuurlijk enkel maar toejuichen. Ik ben geboren in een cultuur van cassettes en vinyluitgaven en dat was het uitgelezen paradijs voor de onafhankelijke muzikant en labels om in te vertoeven en je creaties in te verwezenlijken. Helaas heeft de opkomst van de cd einde jaren tachtig de kwaliteit van vinylpersingen ernstig geschaad, waardoor het haast onmogelijk werd om een album kwalitatief op vinyl uit te brengen. Verder was het ambientgenre ook meer gebaat bij de cd-cultuur vanwege de duurtijd van de cd.”
“Noodgedwongen ben ik mee geëvolueerd, maar mijn hart ging nog steeds uit naar vinyl en, in iets mindere mate, cassettes. Toen ik in 2005 het Tonefloat-label leerde kennen, realiseerde ik me dat er opnieuw kwalitatief vinyl kon geperst worden. Dankzij de expertise van Tonefloat heb ik me sindsdien opnieuw toegelegd op vinylreleases. Niet alleen biedt het formaat je veel ruimte voor het verwezenlijken van je visie, maar geeft de beperkte tijdsduur per lp-kant je veel meer artistieke vrijheid dan ik ook had durven dromen. Het is gewoonweg veel doelgerichter, intenser en constructiever werken aan je muziek en aan het schrijven van een album. Nu dat zelfs de majors op de kar van het toenemend succes van vinyluitgaven springen, hoop ik stiekem op een revival van de platenwinkel in het straatbeeld.”
Dirk Serries speelt op 8 mei in het voorprogramma van Chelsea Wolfe in de 4AD (Diksmuide). Het album verscheen bij Tonefloat en is beschikbaar op cd en een prachtig uitgegeven 2 x 10” vinyluitgave. Voor release en concert geldt hetzelfde: niet te missen.