Op enola heeft u de afgelopen dagen al kunnen horen dat Marble Sounds de perfecte opvolger voor z’n waanzinnig mooie debuut Nice Is Good heeft gemaakt. Melancholie kijkt euforie in de ogen op Dear Me, Look Up, maar slaat op de juiste momenten de ogen weer neer. Kleine liedjes mogen grootser klinken, kleine gevoelens krijgen een nog grotere herkenbaarheid. Marble Sounds mag inderdaad alleen maar naar boven kijken.
enola: Ik schrok tijdens de eerste nummers van de weidsheid van deze plaat.
Gianni Marzo (o.a. gitaar, banjo): “Het is echt episch soms hé. Het is heel onbewust gebeurd. Het knalt eruit zoals het eruit moet knallen. Enerzijds ligt dat aan de manier waarop Pieter schrijft, anderzijds hebben we de laatste jaren natuurlijk ook veel met elkaar gepeeld. We gaan nogal snel de epische kant op, dat is misschien ons handelsmerk. In de studio zegt Pieter dan na vijf nummers: “Mannen, misschien moeten we deze eens niet episch eindigen.” (lacht)
Pieter Van Dessel (o.a. zang, gitaar, keyboards): “Als ik vroeger nummers maakte, hield ik er te vaak rekening mee dat we ze ook live moesten spelen. Dan vroeg ik me af hoe we die blazers en strijkers naar het podium zouden vertalen. Ofwel hou je daar rekening mee, ofwel gebruik je gewoon wat goed werkt. Na die eerste nummers live gebracht te hebben, wist ik dat alles altijd wel op z’n pootjes belandde. En hoe moeilijker het was om een nummer live te spelen, des te fijner het werd. “No One Ever Gave Us The Right” is vrij episch, daar zitten ook samples in, en dat klinkt nu ook al super. Dus vandaar: geen restricties meer met arrangementen. Je moet ook niet alles kunnen reproduceren op het podium.”
enola: “Nice Is Good”, een zin van Joel Barish uit Eternal Sunshine Of The Spotless Mind, reflecteerde dat ingetogene van het debuut goed. Op deze plaat gaat de blik inderdaad naar omhoog.
Van Dessel: “En de titel is weer gepikt (lacht). Deze is van een blog van een vrouw uit Montreal die ik ken. Ik vond dat heel mooi klinken toen ik die zin zag staan, en het past inderdaad wel bij het optimisme van de plaat. Het is niet allemaal rozengeur en maneschijn, maar “Summer Of The Sun” heeft die vibe bijvoorbeeld al wel. De plaat eindigt ook met “So many evenings they have saved the day”. Ze draagt dus wel iets uit van “kijk naar voren, kijk rondom u”.”
enola: Het leunt soms zelfs aan bij euforie.
Van Dessel: “Eigenlijk wel, ja. Bij het spelen van “Dance Clarence Dance” staan we allemaal te dansen. Het is een totaal ander soort nummer dan dat we gewoon zijn. Ik stap er met mijn stem ook buiten mijn comfort zone, voorbij het geneuzel. (lacht) Enkele nummers zijn echt met de vuist omhoog. Het meest melancholische nummer is niet eens van mij, maar van Sophia.”
enola: Inderdaad een opmerkelijke cover, “Ship In The Sand”. Vanwaar net die keuze?
Van Dessel: “Die eerste plaat van Sophia heeft me ontzettend geraakt indertijd. Ik heb dit opgenomen vlak na Nice Is Good, toen er nog niet echt sprake was van deze plaat. Ik vond dat toen wel geslaagd en vond dat het erop moest. Ik wilde het een beetje verbeteren. Dat klinkt pretentieus, maar het heeft geen zin om het perfecte nummer te coveren natuurlijk. Ik vond het jammer dat er nog geen studioversie van bestond, de enige versie staat op hun liveplaat De Nachten, dus ik dacht dat ik wel iets kon toevoegen. Ach ja, coveren heeft altijd iets arrogants (lacht). Robin Proper Sheppard is er trouwens blij mee en was fier dat iemand het goed genoeg vond om te coveren.”
enola: Het gaat een beetje terug naar jullie roots na dat euforische begin van de plaat. Al maken jullie het wel ietsje speelser.
Van Dessel: “Eigenlijk is het een heel lief liedje, los van de tekst dan, een muziekdoosje bijna. Wij spelen het ook iets sneller en zonder die slepende strijkers.”
Marzo: “Die indie is onze scène wel, natuurlijk. Dat hoor je aan manier waarop de gitaren klinken op onze plaat, daar zit geen metal of blues in. Dat is onze toolkit. En dat werkt bij Marble Sounds ook zo: de kern is altijd een klein, lieflijk liedje dat geschreven is door Pieter, waar dan een soort huis wordt rond gebouwd, maar die kern heeft altijd de ruimte om te ademen. Het meest epische nummer, “No One Ever Gave Us The Right”, is nog altijd heel lieflijk. Er zit een volle sound rond, maar ik denk niet dat wij dat liedje versmoren. Daar moeten we in slagen.”
enola: Het doet me denken aan de evolutie die The National van Boxer naar High Violet doormaakte. Die propten niets vol, maar lieten de kern van hun nummers tussen al die arrangementen ook ademen.
Marzo: “Voor mij is The National echt een referentie geweest. Zij werken heel schematisch met lijnen, in plaats van extra melodieën en verhalen toe te voegen. Ze houden het abstract. Ik voeg telkens maar een paar noten toe, en daarmee moet je maximaal effect bereiken.”
enola: Er staat ook geen duidelijke single op deze plaat.
Marzo: “Dus zijn het allemaal singles eigenlijk!” (lacht)
Van Dessel: “”No One Ever Gave Us The Right” wordt wel vooruitgestuurd. Maar wees eerlijk: we hebben nog nooit een single gehad. “The Time To Sleep” is bijna niet gedraaid en wie had durven voorspellen dat “Sky High” in de Afrekening zou belanden? De les die we daaruit geleerd hebben is dat je gewoon je muziek moet maken. Het is mijn job niet om te bepalen wat er op de radio moet komen. Als de plaat af is, ben je daar wel mee bezig. Maar dan is het te laat in zekere zin.” (lacht)
enola: Wat ook opvalt, is dat jullie moeilijk concreet met andere bands of voorbeelden te vergelijken zijn. Jullie hebben een eigen geluid gevonden. Ik hoor de sfeer van Sigur Rós’ Takk op dit album, het opvallende “The Silent Song” is dan weer Valtari, maar meer dan referenties zijn het nooit.
Van Dessel: “Ik kan mijn liefde voor Sigur Rós niet verstoppen. “The Silent Song” is echt zo’n studionummer en daarom net ook fijn om live te spelen. Onze nieuwe pianist heeft een batterij effectpedalen onder zijn Rhodes, Gianni heeft nog meer pedalen, ik speel keyboards.”
Marzo: “We creëren zo een wolk muziek. Het is een van onze sterkste momenten. Zo merk je wat we graag doen. Hoe vullen we de songs in? Je kunt riffs spelen, je kunt per se een melodieuze of anekdotische stempel drukken, maar wij kleuren heel graag in. Laagjes en kleurtjes geven. En zo kun je live telkens ook andere kleuren geven. Dat hangt bijvoorbeeld af van de grootte van de zalen waarin we spelen: werken we met meer galm of niet? Zo blijven we dingen creëren.”
enola: Toen jullie bekendmaakten dat de plaat gestreamd zou worden op enola, zag ik veel buitenlandse reacties. Tel dat op bij de drie miljoen YouTube-hits die jullie hebben met “Good Occasions” en je kunt alleen maar concluderen dat jullie buiten ons land iets moois hebben opgebouwd.
Van Dessel: “Eigenlijk is dat pas het laatste jaar gebeurd. Het is begonnen met “Good Occasions”. Dat kadert allemaal in het stap voor stap groeien dat ik voor ogen had. Het eerste jaar kregen we goede reviews, het tweede jaar meer airplay met “Sky High” en afgelopen jaar veel respons uit het buitenland. En dan zaten wij eigenlijk gewoon op ons gat. (lacht) Die video van “Good Occasions” is opgeladen door een of andere Spanjaard. Mijn tip aan andere groepen is dan ook: doe niks behalve de muziek maken.” (lacht)
Marzo: “Te veel door de strot van het publiek rammen werkt ook niet volgens mij. Al die mails die je krijgt bij elk wapenfeit van een groep tegenwoordig, dat is toch niet nodig? Je moet van jezelf laten horen natuurlijk, maar een klein beetje bescheidenheid af en toe kan geen kwaad. Je bent wel bezig met je carrière uiteraard, maar het draait echt niet om strategie voor ons. Daar hebben wij Zeal voor. En die spammen de inboxen niet, laat staan dat ze zich daar moeien met de muziek. Misschien is dat low profile houden een fout, maar ik zou me anders ook niet goed voelen.”
Van Dessel: “Bovendien is ons buitenlands parcours dus vooral een internetverhaal. Je krijgt effectief veel aanvragen om in het buitenland te spelen en de plaat is effectief wel uitgekomen in Zuid-Korea en Japan, maar vraag me niet hoeveel ze daar verkocht heeft. We krijgen veel feedback uit Spaanssprekende landen, maar daar kopen ze niet bepaald veel platen. We gaan in juni wel in Italië spelen, het Fuori Luogo-festival ergens in Piëmonte.”
Marzo: “Voor een groep als wij is het internet enorm dankbaar. Je ziet dan ook covers opduiken van je nummers. Iemand die kattenvals “The Time To Sleep” zingt voor z’n lief met dan de foute tekst over Pieters zanglijnen. Of je ziet iemand consequent ernaast drummen op “Good Occasions”, maar toch komt het altijd goed. Wel oppassen dat we niemand beledigen. (Buigt naar de recorder) Topmuzikanten! (hilariteit) Maar kom, dat is heerlijk.”
enola: Vind je de teksten nog altijd een noodzakelijk kwaad? Een echt thema zit er niet in de plaat.
Van Dessel: “Nee, het blijft een verzameling liedjes. Ik bekijk het song per song.”
Marzo: “Jij bent een gevoelsmens, Pieter. In principe is iedereen dat, maar de ene meer dan de andere. Ook al heb je een ok leven: je voelt, je ziet, je denkt na. Je ziet iets, dat komt op een bepaalde manier binnen en je wilt daar iets mee doen. Ook al heb je niet, als een Robin Proper Sheppard bijvoorbeeld, constant demonen, je voelt een aantal dingen. Dat zijn kleine reflecties die je maakt op het moment dat je iets naar buiten wil brengen. Muziek maken zonder tekst is ook al een reactie op iets. Je gaat graaien in je onderbewuste, je gaat knippen en plakken, je wilt dat iets goed klinkt, maar zeker ook dat het betekenis heeft. Nadenken over jezelf. Ik bekijk dat van op een afstand: als ik de teksten van Pieter lees, zie ik dat die van iemand komen die bewust omgaat met de dingen.”
enola: Hoe dicht staan die teksten nu eigenlijk bij je?
Van Dessel: “”Leave A Light On” is heel persoonlijk bijvoorbeeld. In de kamer van mijn dochtertje staat er naast haar wieg effectief een piano, dat is daar gemaakt. Al was het verre van de bedoeling dat dat een nummer voor Marble Sounds zou worden, het was eerder een slaapliedje. Dat staat nog altijd dicht bij mij. Voor de rest groeien veel teksten vanuit een titel, zoals “The Silent Song” bijvoorbeeld. “Never Lost, Never Won” gaat over een relatie op een dood spoor. Er zijn ook thema’s die terugkeren, zoals de stap zetten naar nieuwe horizonten. Daar gaat “Evenings” over, zoals “A New Breeze” op de vorige. “Let’s do what we talked about”, de daad bij het woord voeren.”
enola: Geraken jullie break even met Marble Sounds?
Van Dessel: “Van Marble Sounds alleen kan ik niet leven, dus de kost verdien ik nog steeds met tv- en reclamemuziek maken, voor Canada en meer en meer in België. Dat is interessant omdat je daar strikte deadlines krijgt en omdat je zo ook de kneepjes van het vak leert, nieuwe dingen ontdekt. Ik ben altijd bezig met muziek. Ik moet altijd een reden hebben om iets te maken. Het geeft voldoening om op het einde van de dag iets afgewerkt te kunnen hebben, al is het maar een muziekje van dertig seconden. Enkel en alleen drie jaar schaven aan een plaat zou me minder voldoening geven.”
enola: Je staat er ook om bekend om nogal snel iets weg te gooien waaraan je werkt.
Van Dessel: “Ja, het moet echt goed genoeg zijn om op repeat te zetten. Als ik voel dat het te hard trekken en sleuren wordt, komt er niks goeds van. In die zin wel iets interessants meegemaakt. Een week voor de mastering zaten we in mijn living de mixen te beluisteren, en er was één nummer dat niet voldeed. Toen dachten we: we schrappen het en houden het bij negen songs, ofwel maak ik iets nieuws op een week. Dan heb ik gevraagd: geef me een opdracht. Gianni wou iets akoestisch, en dat is dan “The Little Lows” geworden. Ook daar is de tekst begonnen met één zin, “There shouldn’t be a way down”, en op twee dagen tijd hadden we een song eigenlijk.”
enola: Aan jullie muziek te horen is het jullie te doen om mensen te raken.
Van Dessel: “Ik denk dat we onszelf raken door anderen te raken. “
Marzo: “We willen gewoon doen wat we het beste kunnen, en daar vooral een niveau mee halen. Op een bepaald moment heb je dat vast, bijvoorbeeld op repetities al. Als je een nummer dat voor ongeveer 75 procent af is voor de vierde of vijfde keer speelt op repetitie, en je vindt mekaar als groep daarin, dan bereik je een soort “elevation“. Als je dat bevestigd ziet, zij het door een mail of een bericht op YouTube, is de missie geslaagd. We willen de mensen ergens mee naartoe nemen.”
enola: Gaan jullie zelf op zoek naar ontroering in muziek?
Marzo: “Niet zozeer. Het kan ook gewoon genieten zijn. Ik heb eergisteren de nieuwe Bowie gekocht. Die eerste single ontroerde me wel, de tweede niet, maar het is wel uitstekend gemaakt.”
Van Dessel: “Ik ben gek op CHVRCHES. “The Mother We Shared” zet ik constant op, zeker als het mooi weer is, maar ik word daar niet emotioneel van ofzo. Of “Swim Until You Can’t See Land” van Frightened Rabbit, daar word je vrolijk van (http://www.youtube.com/watch?v=SzjERZU3wbY). Er zit dus veel happy music in mijn iTunes. Pas op, die blijdschap kan ook ontroerend zijn. Neem nu “Grow Till Tall” van Jonsi, daar kan ik echt van wenen. Ook al is dat misschien niet louter ontroering, maar wat dan wel? Ik snap dus wel dat nummers je plots kunnen pakken dat het pijn doet. Ik kan dat met bizarre dingen hebben, zoals een Jean-Jacques Goldman, die in Frankrijk gehaat wordt door iedereen die een klein beetje credibiliteit heeft. Maar dat is iets van mijn jeugd, en als ik opnames uit die tijd zie, wordt het soms een beetje te veel, ja. Ook al is dat pure hitparademuziek. Dat heeft echt met iets van vroeger te maken, maar dat is voer voor psychiaters. (lacht)”
Marble Sounds stelt Dear Me, Look Up voor op 5 april in Trix, Antwerpen, en speelt daarna onder meer op 11 april in de Vooruit in Gent, 13 april in de C-Mine in Genk en 23 april in Stuk in Leuven. Meer datums op de facebookpagina of site van Marble Sounds.