Voor hij in de jaren ’90 in de rest van Europa bekend werd met La Double Vie de Véronique en de Trois Couleurs-trilogie, maakte de Poolse regisseur Krzysztof Kieślowski een tiendelige tv-serie, gebaseerd op de tien geboden uit het Oude Testament. Elke episode uit deze Dekalog (her)interpreteerde in een korte film van om en bij het uur één van de leefregels die God aan Mozes meegaf op de Sinaïberg, en paste die toe op de Poolse samenleving van toen. Van twee van deze afleveringen verscheen er achteraf een langere, licht aangepaste versie: Dekalog V – ‘Gij zult niet doden’ – werd herwerkt in A Short Film About Killing (Krótki film o zabijaniu, mocht u vinden dat de originele titel beter bekt) en Dekalog VI – ‘Gij zult geen echtbreuk plegen’ – leidde tot het anderhalf uur durende A Short Film About Love (Krótki film o miłości), waarin Kieślowski aan de hand van twee tegenovergestelde visies de vraag opwerpt wat liefde eigenlijk betekent: is het een romantisch ideaal, of is het weinig meer dan seks?
De twee personages die deze ideeën belichamen zijn Tomek (Olaf Lubaszenko) en Magda (Grażyna Szapołowska): hij is een ietwat wereldvreemde jongen van 19 jaar die inwoont bij de moeder van een vriend, en zij is een vrouw van in de 30 die nogal losse zeden aanhangt. Vanuit zijn kamer in een mistroostig appartementsgebouw in een voorstadje van Warschau volgt Tomek, met behulp van de telescoop van zijn vriend, al een jaar het doen en laten van Magda, die in het gebouw aan de overkant van Tomeks kamer woont. Zijn verliefdheid – of obsessie, zo u wil – gaat verder dan zomaar begluren: hij lokt haar met valse notificaties naar het postkantoor waar hij werkt, hij belt haar af en toe op zonder iets te zeggen, gewoon om haar stem te horen, en hij brengt ’s ochtends de melk rond in de flatgebouwen om af en toe een glimp in drie dimensies van haar te kunnen opvangen.
Wanneer ze eindelijk, op een nogal gênante manier, aan de praat geraken en hij bekent dat hij haar begluurt, kan ze daar aanvankelijk niet mee lachen (hoe zou je zelf zijn?), maar wanneer hij haar vervolgens ook toegeeft verliefd op haar te zijn, heeft Magda het daar zichtbaar moeilijk mee: zelf is ze haar geloof in liefde en romantiek al lang verloren, en haar relaties met haar verschillende minnaars zijn dan ook eerder lichamelijk van aard.
In een eigenzinnige invulling van het zesde gebod – echtbreuk komt er in de film nooit aan te pas – verdeelt Kieślowski de verschillende visies van zijn personages over zijn film. De eerste helft zien we door de ogen van Tomek: hij is nogal verlegen en komt zelden of nooit buiten, wat aanleiding geeft tot een uiterst platonische invulling van verliefdheid, die hij zichzelf heeft opgelegd: hij kijkt weg wanneer Magda en haar minnaar in bed belanden, is naar eigen zeggen gestopt met masturberen omdat hij zich daar schuldig over voelde, en antwoordt steevast ‘nee’ wanneer Magda denkt dat hij haar wil betasten of met haar naar bed wil. Voor Tomek betekent verliefd zijn in de eerste plaats iemand graag zien – ook al moet je dat doen met een verrekijker – en, als het even kan, er eens een keer een ijsje mee gaan eten.
De tweede helft van de film krijgen we echter vanuit het perspectief van Magda voor de kiezen: zij deelt Tomeks mening niet meteen, en dat is nog zacht uitgedrukt. Ze heeft losse, liefdeloze relaties met verschillende mannen, en wordt daar blijkbaar niet meteen gelukkig van. Wanneer blijkt dat Tomek, als postbediende, een heleboel brieven van een ex-partner van haar heeft achtergehouden, reageert ze heel even verontwaardigd, maar zucht ze al snel: ‘Ach ja, eigenlijk maakt het niets uit.’ En het wordt nog cynischer: nadat ze Tomek heeft meegetroond naar haar appartement en hij daar klaarkomt door haar louter aan te raken, vertelt ze hem dat liefde niet meer dan dat is. Niets meer dan een lichamelijke, fysieke daad.
Dat is een weinig hoopvolle insteek, en hoewel A Short Film About Love op een veel positievere noot eindigt dan de originele aflevering uit Dekalog, blijft ook deze langere herwerking behoorlijk ambigu tegenover de idealen van zijn hoofdpersonage. Niet alleen is er de emotionele toestand van Tomek – hij mag dan heel kuise ideeën hebben, een vrolijke jongen wordt hij er toch niet meteen van – maar er is ook de manier waarop Tomek zijn verliefdheid beleeft: ook al is hij dan niet zozeer geïnteresseerd in Magda’s seksuele escapades, toch perverteert Kieślowski dat platonische liefdesideaal door van Tomek een voyeur te maken, die volgens een soort berekende obsessie leeft en het voorwerp van die obsessie zelfs begint te stalken. Het maakt van Tomek, die door Olaf Lubaszenko helaas wat houterig wordt neergezet, een nogal zielig personage, waar je enerzijds medelijden mee hebt, maar anderzijds stel je je toch vragen bij zijn geestelijke gezondheid.
Bovendien is de sfeer die over de hele film hangt behoorlijk mistroostig: A Short Film About Love werd in de laatste jaren van het communistische regime in Oost-Europa gedraaid, wat zich uit in een grauw en somber kleurenpalet, en de eentonige, deprimerende setting die de saaie, identieke appartementsblokken van een Poolse buitenwijk vormen, dragen ook niet meteen bij tot een feestelijke stemming. Daarbij komt nog dat de film duidelijk op behoorlijk goedkope pellicule is gedraaid, wat het beeld alleen nog maar grimmiger maakt, en dat de stijl die Kieślowski hanteert – schoudercamera, beperkte en natuurlijke belichting – het grijze sociale klimaat van de film extra beklemtoont.
Van die stijl ben je fan of niet – persoonlijk zijn wij er niet helemaal weg van – maar hij sluit wel perfect aan bij de sociaal-realistische en tegelijk dromerige toon van de film. Wel jammer is dat het geheel soms nogal geconstrueerd en daardoor ook een tikkeltje afstandelijk aanvoelt, een euvel dat de tand des tijds alleen nog maar vergroot. A Short Film About Love is vooral weggelegd voor de fans van dit soort films, en mensen die een fikse portie mistroostigheid wel aankunnen, maar de ambiguïteit waarmee Kieślowski zijn onderwerpt benadert, stemt in ieder geval tot nadenken.