Het einde is nabij. Nee, het apocalyptische doemdenken ontspringt ditmaal niet uit de koortsdroom van een godsdienstwaanzinnige, noch uit de hallucinaties van een in zijn wachttoren verschanste ijlende heremiet of uit de interpretatie van een “kalender” die zich op verschillende manieren laat lezen, maar uit een eenvoudige auditieve boodschap, Mass V geheten.
”Mass”, het ogenblik waarop deze titel opduikt, weet menig aanhanger van duistere zielenroerselen en daaraan gekoppelde exorcistische rituelen wat te gebeuren staat. Het is de lokroep van een grimmige sirene die het zielenheil op de klippen van gemoedsrust stuk laat lopen, het besef dat het navigeren tussen de veelkoppige zelfreflectie Scylla en de emotionele turbulentie van Charibdis onafwendbaar is, dat de prijs die aan Charon betaald werd om de vergetelheid te bevaren nooit hoog genoeg kon zijn, in de wetenschap dat wat volgt niet minder dan een tsunami van gevoelens is. Feesten van angst en pijn, maar ook de belofte van gelukzaligheid en verlossing. De val van het vergankelijke en de opkomst van het glorierijke samengebald in een enkel woord, vormgegeven in verschillende hoofdstukken.
Het vijfde deel in wat steeds meer de vormen van een levenswerk aanneemt en niet het bestaan imiteert maar het vormgeeft en zijn scheppende kracht creëert, is aan de wereld geschonken. Deze als nihilisme vermomde levenslust dwingt tot een zelfkastijdende introspectie in het besef dat elke catharsis zijn prijs heeft. Enkel datgene wat waardevol is en zich niet door schijn en valse beloftes tot een gouden kalf heeft opgewerkt, zal overblijven, wanneer het laatste woord gezegd is en de finale daad gesteld. Het is een einddoel in zichzelf maar tezelfdertijd een stap op een pad dat verder kronkelt langs verduisterde wegen en onherbergzame gebieden, zonder dat het einde in zicht is. Niet het doel is relevant, wel de weg die erheen leidt en dwingt bij elke stap na te denken.
Het is een voorzichtigere reflectie geworden dan voorheen. De razernij is niet geketend maar heeft zichzelf naar het achterplan verbannen, rust staat vanaf heden boven de tempel gebeiteld, zij het dat de onrust nog steeds onder de oppervlakte kolkt. Wat ooit als een furieuze uitbarsting alles neermaaide, neemt nu een ingetogener houding aan die onderhuids nog steeds op knappen staat. De sluimerende vulkaan rommelt minder ostentatief maar laat zijn kolkende massa in het verborgene nog steeds ongetemd tekeergaan. Stond in het verleden Zeus aan het roer die zijn bliksemschichten over de aarde uitstrooide, dan mag nu zijn broer Poseidon, de aardschokker, het voortouw nemen terwijl Hades goedkeurend toekijkt.
De grootste aanpassing in het ritueel is de zuiverheid die doorheen de duisternis wasemt. Niet langer is alles verhuld in een dikke mist. Ook het licht mag niet ontbreken en laat hier en daar zijn sporen na, al blijft het zwarte alles omzwachtelen met een niet aflatende noodzaak. Het is een verademing en logische volgende stap binnen een discours dat gestart werd in 2003 met de eerste religieuze bijeenkomst en waarvan nu pas de contouren echt zichtbaar worden. Groots, onherbergzaam en onheilspellend zijn evenzeer van toepassing als intimistisch, troost- en hoopgevend alsook gastvrij en meelevend, al volstaat één woord om Mass V te omschrijven: oprecht.