Het was al sinds minuut één koekenbak met Natasha Khan. Haar eerste twee platen zijn verplichte kost voor de liefhebber van enigmatische sirenzang. Die bezorgt ons ook op plaat nummer drie alweer knikkende knieën, maar van een ware coup de foudre is ditmaal geen sprake.
Enkele minuten na de eerste draaibeurt van The Haunted Man kom je tot een angstaanjagende constatatie: de plaat is aardig gepasseerd, maar van het nieuwe materiaal is geen enkel nummer blijven hangen. Wat pogingen verder klaart de hemel op, hoewel er toch wat zorgwolken blijven hangen. Het is moeilijk kwaad te spreken over een opener als “Lilies”, vanuit zijn zacht rimpelende, naar americana ruikende gitaarintro overhellend naar brede elektronicastroken waarop Khans stem zijdezacht neerdwarrelt. Toch is het niet de onmiddellijke aandachtstrekker die “Horse & I” en “Glass” waren. Het illustreert de algemene commentaar op dit album: het klinkt lekker, maar trekt je niet meteen mee in een eigen universum.
De plaat als geheel mist de persoonlijkheid van de voorgangers. Ze vertelt niet langer een verhaal, maar verzamelt een schijnbaar willekeurig gerangschikte reeks losse songs die met een patchwork van nieuwe stijlen experimenteren. “Horses In The Sun” trekt naar het verre oosten ter inspiratie, de titeltrack is gestut op een statig marsritme; beide geslaagde stijloefeningen, maar tevens losse lijnen die op de rest van het album geen aanknooppunt vinden. Bovendien durft niet elk nummer even ver in het nieuwe op te gaan. In “Marilyn” hoor je een markanter gebruik van elektronica, maar als je die vernis erafschraapt, hou je een nummer over dat je van Khan eigenlijk al gewoon bent. De jongste single “All Your Gold” lijkt haar aanvankelijk eerder het rockpad op te sturen, maar belandt onderweg bij indiepop waaraan de aanstekelijkheid van “Daniel” ontbreekt. Dan was “Ow Yeah” een veel interessantere keuze geweest: stralende zweefpop die zich na enkele luisterbeurten tot een ware oorwurm opwerpt.
De plaat is echter op zijn sterkst in de trage sequenties. Uiteraard is één daarvan de bloedmooie voorloper. “Laura” toont Natasha op haar naaktst in een intieme pianoballade die recht naar de keel grijpt. Ook de afsluiter “Deep Sea Diver” intrigeert met een aan Björk verwante opbouw die vanuit een verstilde kern doorheen verschillende lagen instrumentale begeleiding langzaam naar het oppervlak zwemt. Het is het soort nummer waarin je keer op keer meer ontdekt, net als het zachtjes openbloeiende “Winter Fields”, dat een geniale evenwichtsoefening tussen zweverige strijkers en aardse percurssie speelt.
Voor alle duidelijkheid: The Haunted Man is een goede plaat. Het oeuvre van Bat For Lashes indachtig is goed echter niet langer voldoende. Ongetwijfeld zal deze het grote publiek meer bevallen dan Two Suns, dat veel hermetischer, maar tevens veel meeslepender was. Deze opvolger laat zich makkelijker betreden, maar kan minder beklijven. Voor het eerst laat een Khan-plaat ruimte voor verbetering. De zin voor vernieuwing is er, maar had opvallender uitgewerkt mogen worden. De volgorde van de tracklist kon ook een pak beter — waarom het heerlijk lichtvoetige “Rest Your Head” tot in de staart opgespaard bleef, is een waar mysterie. Laat ons hopen dat deze euvels op het podium verholpen worden en Khan haar nieuwe materiaal live van goed naar excellent kan opwaarderen.
Bat For Lashes speelt op donderdag 29 november in Ancienne Belgique.