Van Dinsdag wordt een mens niet vrolijk. In de nieuwe van Elvis Peeters staat een oude man op, brengt de dag door en gaat weer slapen. De dinsdag in dit verhaal (is er een meer neutrale dag in de week?) komt op en verdwijnt even snel. De man zal weer eens geen bezoek krijgen. Of het moest het meisje van de sociale dienst zijn. Zij dringt aan op een verhuis naar een serviceflat. Niet dat ze werkelijk bezorgd lijkt om zijn lot. De stad wil zijn huisje met de grond gelijkmaken en er een appartementsgebouw neerpoten. En dat vormt wellicht de kern van Dinsdag, de mens in een eeuwigdurende cyclus van opkomst en ondergang.
{image}
Elvis Peeters, die zijn boeken samen met Nicole Van Bael schrijft, laat de oude man tijdens zijn gezapige daginvulling — zoals koffiedrinken en geraniums planten — teruggrijpen naar zijn verleden. Niet dat de man nostalgisch is, terwijl hij toch een succesvol rokkenjager was. Niet dat hij ergens spijt van heeft, terwijl hij toch zijn buurmeisje verkracht heeft. Die gebeurtenissen zijn voorbij en te diepe gedachten daarover zijn verspilde energie, vindt de man.
Die neutrale, wat afstandelijke verteltrant werkt bevreemdend. Een opwindend verleden kabbelt voort op het ritme van een oude man. Zelfs de scène waarin hij als huurling in een Congolees rebellenleger toekijkt hoe zijn strijdmakkers de penis van een missionaris afsnijden en in diens mond stoppen, wordt choquerend emotieloos afgerammeld. Durft de man misschien geen gevoelens toe te laten?
Hoewel zijn hoge leeftijd een afstandelijke kijk op het verleden lijkt te bevorderen, slaagt Peeters er toch in treffend onderscheid te maken met het heden van de man op leeftijd. De handelingen van de oude man op die bewuste dinsdag staan in een hij-perspectief, terwijl zijn verleden in een directere ik-vorm verteld wordt. Is er dan toch nog een greintje emotie bewaard gebleven? Op zijn oude dag is er bovendien ruimte voor details zoals het geluid van een merel die over het dak trippelt of een langzaam afbladderende muur. Terwijl zijn verstand zich slechts spectaculaire gebeurtenissen als gevechtspiloot of apendoder herinnert.
Af en toe verliest Peeters de controle. Zo vormt het verblijf van de man in Congo te veel een vervelende opeenvolging van opwindende gebeurtenissen. Maar laat dat een schoonheidsfoutje zijn. Ondanks een gebrek aan emotie werkt Dinsdag op een andere manier louterend. Allemaal zijn we sterfelijk en wat wij tijdens ons leven uitsteken, is slechts een voetnoot. Of zoals de man het zelf zegt: ‘Een mens moet zijn plek kennen. En die ligt uiteindelijk altijd onder de grond.’