“Hooverphonic? Met een orkest? Gekker moet het niet worden”, lachen de Statler en Waldorf op onze schouders zich een ironische beet af. De ene vraag is waarom het eigenlijk zo lang geduurd heeft. De andere vraag is welke meerwaarde dit, op plaat, nu eigenlijk biedt.
Sinds Blue Wonder Power Milk, veruit Hooverphonics meest onderschatte plaat, namen de strijkers steeds meer het overwicht in het geluid van de band. Calliers liefde voor weelderige arrangementen stond zijn songs nooit in de weg maar was een wegomlegging voor meer avontuurlijke paden zoals de eerste twee platen — de laatste Geike-plaat The Presidents Of The LSD Golfclub niet te nagesproken. En om direct een punt op de i te zetten: jammer dat net die drie platen stevig ondervertegenwoordigd zijn op deze compilatie.
Al hoeft dat ook weer niet te verbazen: sinds Noémie Wolfs de microfoon toegespeeld kreeg, blinkt Hooverphonic vooral uit in een soort behouden terugkijken op wat geweest is. Laatste plaat The Night Before blonk uit als een veilige best of met nieuw materiaal om Wolfs stem in te passen en vorig jaar was er nog de redelijk geruisloze reissue van Hoover(phonic)s debuut. Nu is er de orkestrale herwerking van doorgaans Hooverphonics usual suspects. Samen met de eerdere theater-herwerking Sit Down And Listen To plus de normale Best Of uit 2007 dreigt dit iets te veel van het goede te worden.
De keuze van Callier om de sleutelsongs van zijn band eens te spelen en op te nemen met een klassiek orkest is op zich al even risicoloos als een pitabar openen in een studentenbuurt. Een eerste blik op de tracklist en de eerste beluistering staven dat. Het mag zijn dat het allemaal eleganter, sierlijker en rijker klinkt, live heeft het allemaal een grotere meerwaarde dan op plaat. Het had net iets avontuurlijker gemogen op een album dat an sich niets meer is dan een fijne herinnering aan wie op de concerten was en dat van Hooverphonic een singlesband maakt die ze niet moet zijn.
De versies van “Mad About You”, “Sometimes”, de songs van The Night Before — op de mooi herwerkte titelsong na — en “Jackie Kane” klinken meer als een (zoveelste) ingangsexamen voor frontvrouw Wolfs dan dat ze écht een meerwaarde betekenen op deze plaat. Andere arrangementen zijn niet noodzakelijk beter. In datzelfde straatje is het doodzonde dat het banale “The Last Thing I Need Is You” hierop is beland in plaats van de magistrale concertopener “Battersea”, nog steeds een van Calliers beste composities ooit. En op “Unfinished Sympathy” bewijst Wolfs vooral dat ze nog veel boterhammen moet eten, liefst mét korstjes.
Want deze orkestrale compilatie had wel degelijk een significante meerwaarde kunnen betekenen: “Renaissance Affair”, een godvergeten parel uit Blue Wonder Power Milk, wordt mooi in de Hooverphonicsound anno 2012 geïntegreerd zonder dat de riem uit de broek moet. “Eden” — had al lang samen met “2 Wicky” in dezelfde schuif als dEUS’ “Suds And Soda” moeten liggen — krijgt zijn even definitieve als verdiende versie. Ook het prachtige “Circles” of “Gentle Storm” uit LSD Golfclub, “Dictionary” uit Blue Wonder Power Milk en “Barabas” uit het debuut hadden een soortgelijke behandeling verdiend.
Het is net de avontuurlijkere songkeuze die van Sit Down And Listen To (“Inhaler”, “Frosted Flake Wood”) ook op plaat een meerwaarde maakte voor wie niet op de concerten was. Dat biedt With Orchestra veel minder. Het concept is een garantie op kippenvel voor wie er live bij was en zal zijn in oktober; eerder een anekdotisch gelal achteraf van die ene vriend die wel op dat “niet te missen feestje” was waar u, toen onderwijl kniezend thuis, geen boodschap aan heeft.
Vakmanschap en “métier” te over, van een perfectionist als Callier valt gewoon niet minder te verwachten, maar tegelijkertijd zijn het termen die even grote dooddoeners zijn als de songkeuze op deze derde Hooverphoniccompilatie. De setlist in het Sportpaleis zal deze band ongetwijfeld meer eer aandoen. Besteed uw geld maar beter aan dat concertticket (het is de moeite) en koop desgewenst dit souvenir in de foyer achteraf.