De laatste keer dat wij Alva Noto aan het werk zagen, was eerder dit jaar in de AB, aan de zijde van de Japanse pianist Ryuichi Sakamoto. Het duo stond in voor een van de meest ontroerende concerten van het jaar. Een schril contract met het nieuwe album Univrs, waarop de Duitser opnieuw een totaal andere kant van zichzelf laat horen: emotieloos en asymmetrisch.
Alva Noto — Carsten Nicolai in het dagelijkse leven — is zoveel meer dan mede-eigenaar van het label Raster Noton. De man streeft naar de aloude Germaanse traditie van het Gesamtkunstwerk, een synthese van wetenschap, kunst en performance waarin muziek en beeld elkaar aanvullen. Zo gaat ook deze plaat gepaard met een aanvullende DVD. Na recente projecten met onder meer Einstürzende Neubauten-zanger Blixa Bargeld en Ryuichi Sakamoto speelt de Duitser op Univrs opnieuw soloslim. Dit album laat eens te meer horen dat Alva Noto een vakman is, iemand die nauwgezet componeert.
Op Univrs werkt Alva Noto zijn concept van Unitxt (2008) verder uit; fouten en onjuistheden vormen de aanzet van nieuwe processen. Uit storingen worden discontinue bouwblokken gedistilleerd wat een onvolledig, benard gevoel geeft. Luister maar naar het vervaarlijke “Uni Dia” dat een kleine zes minuten lang opbouwt naar een akelig kil einde. Microsamples van storingen, haperingen en fouten worden er ingelast in conventionelere songstructuren. De composities van Carsten Nicolai zijn hypergestructureerd, polyritmisch, met een duidelijke blauwdruk en opbouw, zoals het gros van de traditionele muziek. Alleen zijn de bouwstenen hier niet de gitaar, de drums en de bas, maar microscopische glitchpuzzelstukjes.
Univrs wordt gekenmerkt door een verregaande dualiteit tussen nummers die een ritmische ruggengraat hebben en meer ruimtelijke tracks. Tot de eerste categorie behoren onder meer “Uni C”, “Uni Dia” en “Uni Mode”, die met een wiskundige precisie in elkaar gestoken zijn en met een enorme afwisseling in snelheid voorbijkomen. Steeds sijpelt er een zware beat binnen, of een hectisch ritme. Deze nummers twijfelen tussen avant-garde en elektro, maar laat er geen twijfel over bestaan, ze komen beenhard aan zonder toegevingen te doen. Ze laten de “kille” elektro van Gui Boratto en diens Kompakt-clan klinken als zoete elegieën.
Hier tegenover staan een aantal expansievere nummers die rustig uitwaaieren. Dit zijn de tracks waarop je door Nicolai op de proef genomen wordt. “Uni Rec” is nog één van de toegankelijkere nummers, maar een nummer als “Uni Asymmetric Tone” lijkt enkel voor de geoefende oren. Arty farty geneuzel? Iets dat beter tot zijn recht komt in het Guggenheim? Misschien, maar er gebeurt wel degelijk iets, er moet enkel wat meer moeite gedaan worden om de subtiliteiten ten volle te vatten.
Conclusie? Het is moeilijk om Alva Noto’s platen met elkaar te vergelijken, laat staan een oordeel te vellen. Laat ons het vergelijken met te moeten kiezen tussen Mondriaans compositie “Met blauw en geel” of “In wit, zwart en rood”. De ambiguïteit van de plaat ligt in de titel; universeel/universum; iets dat uniform is, of net heel divers. Door de afwisseling tussen ritme en experiment vormt Univrs een mooie synthese van Carsten Nicolais hermetische habitat, die zich begeeft tussen wiskundige precisie en ruimtelijke gewaarwording.