Wetenschappelijke magazines die informatieve strips uitbrengen. We kijken dit steeds met Argusogen aan. Ofwel krijg je geïllustreerde cursussen zoals de reizen van Alex, ofwel slecht opgebouwde pseudo-strips, zoals de meeste verhalen van oom Wim, hoe nostalgisch ook. Wat brengt ons de nieuwe reeks Geo?
Geo is het stripkindje van de Franse versie van het internationale tijdschrift Geo, qua inhoud zeer vergelijkbaar met National Geographic. Enkele pogingen om een kinderversie te maken van het tijdschrift, bleken enkel in Rusland te lukken. Daarom gooit men het nu over een andere boeg en proberen enkele thema’s in stripvorm aan de man te brengen. De focus ligt vooral op een kennismaking met fascinerende, vaak onbekende plaatsen en culturen.
Dit eerste nummer brengt de lezer in het hart van het Afrikaanse Mali, waar een zoveelste verschrikkelijke droogte heerst. De inwoners van een Dogon-dorpje zijn aan het einde van hun Latijn en hebben al alles geprobeerd om het te laten regenen. Als dan nog alle voortekenen en voorspellingen niet veel goeds beloven, besluiten twee kinderen zelf het heft in handen te nemen. Ze stelen de ‘wolkenhaak’, een stuk ijzer dat zich bovenop de tempel bevindt. Deze wolkenhaak zou de wolken tegenhouden zodat het kan regenen. Maar de tempel blijkt daarvoor niet hoog genoeg te zijn.
De twee jongens krijgen dan het simpele maar geniale idee om de haak aan een touw te binden en zo, lassogewijs, de wolken die over de hoge rotsen van het land voorbijdrijven naar zich toe te trekken. Dit blijkt echter niet zo’n eenvoudige manier te zijn. En ook de weergoden lijken niet echt te willen meewerken.
Voor het scenario van dit eerste nummer deed Geo een beroep op Béka, de Nicci French van de strip. Achter het pseudoniem Béka staat immers het duo Bertrand Esaich en Caroline Roque. In Frankrijk hebben ze al een zestal reeksen van een degelijk scenario voorzien, waarvan enkel Dance Academy in het Nederlands verschenen is. Voor het tekenwerk sprak Geo het talent van Marko (Marc Armspach) aan, die zijn sporen al verdiende met enkele minireeksen die zich in de Noorse fantasy-sfeer bevinden. Je kan zijn tekenwerk vergelijken met dat van Steven Dupré in zijn reeksen Wolf en Kaamelot.
Het trio levert degelijk werk af. Er zit wel degelijk een verhaal in met hier en daar een toets humor en een overvloed aan al dan niet verdoken informatie. Volgens de uitgever moet de strip zowel jong als oud aanspreken. Ik denk toch dat de balans hier meer naar ‘jong’ overhelt. Af en toe gaan ze nog de droog belerende toer op maar al bij al is het een degelijke strip die jongeren zeker zal aanspreken en waar nog iets uit te leren valt. Het zal niet gemakkelijk zijn om het volgende deel een zelfde niveau mee te geven.