Nog vuiler en goorder dan de geur van 67.000 ongewassen lijven, verschaald bier en bedorven etensresten na vier dagen festival; uiteraard loste Grinderman de verwachtingen in.
Het vuurrode doek op de achtergrond haalt het waanzinnigste uit vier opgefokte, bloed kwijlende stieren. De eerste tien minuten trekt Cave twee keer de microfoonstaander, z’n keyboards én Warren Ellis (in zijn klauwen verliezen zelfs sambaballen hun onschuld) tegen de grond, terwijl de roadies als bezeten over het podium hollen om alles op z’n plaats te zetten. It’s all part of the act, maar wat voor een.
Cave en verveling zijn elkaars antipodes als vanouds sinds hij Grinderman uit de modderigste kleipoel trok in 2007. Vaak ranzige humor is een van de hoofdingrediënten, vooral tekstueel. Ook lachen trouwens wanneer Cave oer-vals “Run for the hills” kweelt wanneer hij op enkele in Iron Maiden-shirt gedrapeerde gasten afstapt. Jim Sclavunos ziet er campy uit in z’n roze pak en achter z’n roze drumstel, maar wakkert de solfer die Ellis ontketent alleen maar aan. Een zoals steeds fantastisch bassende Martyn P. Casey houdt zich wederom op de achtergrond, maar houdt de chaos gestructureerd. Wat een band.
Live komen de vuile grooves en lappen noise zoals genoegzaam bekend veel beter tot hun recht en uitbarsting dan op plaat. Maar goed ook dat de beste Grindermansongs de weide worden ingevuurd met verschroeiende precisie: “Heathen Child” is een bloemlezing van alles waar de zeven hoofdzonden bleek tegen afsteken met “You were wrong!” als een middenrif doorborend mantra. Tijdens “Kitchenette” gilt Cave manisch in/tussen/op het publiek “I’m just trying to relax!” Daar is geen pil tegen opgewassen.
“No Pussy Blues” nodigt uit tot het meest onwaarschijnlijke handje-klap-moment van het weekend, tijdens een fantastisch “Grinderman” doet Sclavunos met elke mokerslag de zon een beetje verder achter een wolk kruipen terwijl Ellis een cimbaal de rammeling van z’n leven geeft. Grinderman demonstreert en likt sardonisch de littekens die de band u bezorgt. Even wordt het spannend wanneer Cave een vrouw die zijn handtekening wilt op het podium roept. Maar met een gemompeld “I don’t have a fucking pen” en de eerste lijnen van “Kitchenette” als een onwaarschijnlijke aan haar gerichte serenade komt ze er goed mee weg. Maar wat een dreiging gaat er weer van Cave en de zijnen uit.
God, wat had Grinderman de talloze pussies die Portishead belachelijk maakten in de frontstage zaterdagavond de blues van hun leven bezorgd als zij — “tippitoe tippitoe” nog aan toe — voor Coldplay hadden gestaan. “Oooohoooohoooohooooh?” Fuckers. YOU WERE WRONG!