“Jullie zijn onze proefdieren”, grijnst Dan Boeckner ergens in het begin tijdens het optreden van zijn Handsome Furs. Dat klopt; Sound Kapital, de nieuwe plaat van zijn groep, verschijnt pas eind volgende maand, maar deze testronde bleek alvast geslaagd.
Als de speeltuin die Wolf Parade heet, weer eens tijdelijk gesloten is, ligt het niet in de aard van de groepsleden om binnen te blijven en niets te doen. Frontman Spencer Krug botviert zijn liefde voor ellenlange titels, uitgesponnen nummers en onbegrijpelijke teksten bij het — vooralsnog niet erg aanwezige — Sunset Rubdown, terwijl medezanger/gitarist Dan Boeckner met zijn Handsome Furs net voor een erg rudimentaire aanpak opteert.
Het instrumentarium van het duo — Boeckner met zijn bijzonder appetijtelijke vrouw Alexei Perry — is immers nogal beperkt: veel meer dan een gitaar en een kleine voorraad keyboards en drumcomputers heeft de band vanavond niet meegebracht naar de Gentse Charlatan. Hoeft ook niet: met die basic componenten zet Handsome Furs een erg opzwepende sound neer, een stevige mix van rockelementen en elektronica die rechtstreeks uit de eighties lijkt te komen. Tel daar een fascinatie voor Rusland en bij uitbreiding het gehele Oostblok bij, en je krijgt een bij momenten bikkelhard geheel dat verrassend dansbaar klinkt.
Face Control, de laatste Handsome Furs, dateert alweer van 2009, dus het is niet geheel verwonderlijk dat de set van vandaag grotendeels uit nieuwe nummers bestaat. “We have a new album coming up, and we will use you as our guinea pigs tonight”, kondigt Boeckner aan, en afgaand op wat we hier te horen krijgen, zal die plaat verder bouwen op de vorige. Bijwijlen wat platte drumcomputers, en Boeckner die daarover zijn gitaar de sporen geeft of zijn synths laat echoën: het is voor de Furs een beproefd recept, dat ook in songs als het galmende “Serve The People” (nu al dé uitschieter van de nieuwe plaat) of opener “When I Get Back” zijn uitwerking niet mist.
Toch is er een verschil: het geluid dat Handsome Furs hier bovenhaalt, klinkt een stuk voller dan wat we van hen gewend zijn. De synths zijn een stuk prominenter, en hoewel Boeckner wel eens gezegd heeft dat ze een band “with no real instruments” zijn, líjkt dat helemaal niet zo. “Memories Of The Future” gaat nog van start met het droge ták-ták-ták van de drumcomputer, maar bouwt haast onmerkbaar op naar een meeslepend, zelfs wat ravey hoogtepunt in het “I throw my hands to the sky / I let my memories go”-slot. Ook oudere songs als “I’m Confused” en “All We Want, Baby, Is Everything” — dat het ook zonder New Order-sample goed doet — profiteren mee van die behandeling: er zit wat meer vlees aan, en dat werkt.
De grootste kracht van deze show zit echter in Boeckner en Perry zelf, een duo waartussen het spettert en vonkt, en dat zich duidelijk onweerstaanbaar staat te amuseren. Het zweet druipt van ze af, terwijl Perry de vreemdste danspassen bovenhaalt die we ooit mochten aanschouwen (denk aan een soort kruising tussen ballet en aerobics, maar zelfs dat komt nog niet echt in de buurt). Haar gillende backing vocals bij “All We Want, Baby, Is Everything” maken minder indruk, maar dat is haar vergeven.
Handsome Furs maakt het zichzelf niet makkelijk, door een plaat te komen voorstellen die nog niemand gehoord heeft, maar een echt groot risico is het niet. Een grote ommekeer in geluid viel niet te horen, en Boeckner en Perry worden alleen maar beter in wat ze doen. Het door een niet eens halfvolle zaal toch luidkeels afgedwongen bisnummer mag een goede graadmeter zijn: deze proefkonijnen hebben Sound Kapital in de liveversie alvast goedgekeurd.