Is de vierde plaat van Antony & The Johnsons de eerste overbodige? Het lijkt er wat op. De passie en het vuur zijn weg, wat overblijft is het ambacht van een zanger-componist die zijn eigen stem heeft gevonden. Mooi, maar het moét allemaal niet echt meer, lijkt het.
Het duurt lang voor de nieuwe Antony & The Johnsons zich openbaart. "Meer van hetzelfde" is een initiële reactie, gevolgd door "waar is de emotie?". Het zijn eerste indrukken waar je niet mag op voortgaan. Langzamerhand ontpopt Swanlights zich immers tot een plaat die de zanger van een lichtere kant dan gewoonlijk laat zien. Het klinkt bekend, maar toch is het anders.
Wat te denken, immers, van titels als "I’m In Love" of "Thank You For Your Love"? Antony die verliefd is? Het tekent alvast voor minder drama dan we gewoon zijn. Op deze vierde plaat lijkt de stabiliteit bereikt die een mens rust geeft; gevierd chanteur en gerespecteerd componist geworden, heeft de zanger vrede genomen met de wereld en het leven.
En zo stapt Antony meer en meer het wereldje van de jazz binnen: de noten staan helemaal juist, de subtiliteiten van de stembuigingen zijn verfijnd tot in de perfectie, het is netjes en proper. Maar vraag ons niet veel te voelen bij "The Spirit Was Gone"; we herinneren ons immers nog I Am A Bird Now waar wel wat dieper werd gesneden. En is dat niet wat echte kunst zou moeten doen?
Neen dus, we zijn niet helemaal onder de indruk van de eerste helft van Swanlights, een plaat met een opener ("Everything Is New") als beginselverklaring is die niets goeds aankondigt: te monotoon, te nietszeggend, te veel vocaal gefröbel voor té weinig. "The Great White Ocean" is meteen daarna niet meer dan een afleggertje, het soort vulsel waar voorganger The Crying Light ook al eens last van kreeg.
"I’m In Love" is speels en leuk en drijft op een frivool orgeltje. Het is een ditty, maar op Swanlights staat het precies op zijn plaats: dit is een plaat die het moet hebben van al te veel oppervlakkigheid. "Violetta" is dan weer een te gezocht nummer dat nergens over gaat. Beter is "Thank You For Your Love", een warm en mooi nummer waarin Heggarty voor het eerst klassieke soultoetsen in zijn wereld binnenlaat — aangenaam gezelschap.
Het duurt dus lang voor Swanlights zijn sterkte vindt. Pas in de laatste vier nummers, met de eindmeet in zicht, weet Heggarty echt magie te creëren. Eerst met "Thank You For Your Love", maar vooral daarna met "Fletta", een mooi intiem duet met Björk, en "Salt Silver Oxygen"; één en al statige kamerpop. De epische afsluiter "Christina’s Farm" is tot slot helemaal raak. Minutenlang bouwt het op, evolueert het subtiel en neemt onderweg steeds meer orkest mee.
Swanlights is een plaat die veel luisteraars zal vervreemden. Wie kwam voor de pathos van "Cripple And The Starfish" of "Hope There’s Someone", zal niets hebben aan de ingehouden plechtigheid van Swanlights, waar melodie het soms laat afweten tegen een al te klassieke benadering. Het blijft mooi, maar het hart klopt minder hevig. En dat is even wennen.