
Candlelight Records, 2010.
Bon, Nachtmystium dus, het moest er dan toch eens van
komen. Dit is al het vijfde album sinds 2002, en elke keer werden
ze meer overladen met adoratie en lof totdat het bijna gênant werd.
Iedere keer dacht ik ook, “Hmm, Amerikaanse blackmetal die
verteerbaar is voor de mainstream, als ik eens tijd heb”. Die tijd
heb ik nu dus maar eens gemaakt en ik weet wat er deze keer gênant
aan is. Dat zal niet het overdreven geslijm van de
internetgoegemeente zijn, het is verdomme ‘Addicts…’ zelf.
Interessanter dan de muziek op ‘Addicts…’ zijn de cv’s van zij
die bijgedragen hebben aan het nieuwste vehikel van opperhoofd
Blake Judd. Sanford Parker ken je misschien van Minsk of Buried At
Sea, Will Lindsay speelde bas bij Middian en Wolves in the Throne
Room, Wrest is drummer van Leviathan en dan heb ik ze nog niet
allemaal opgesomd. Gevestigde en gewaardeerde Amerikaanse
metalmuzikanten. Als ze een keer nuchter en afstandelijk naar deze
schijf luisteren, dan moet het aanvoelen als rondhupsen op de
Gentse Feesten met een mijter op je kop en een courgette in je
anus, gênant dus.
Alle commentatoren zijn het erover eens dat Nachtmystium een
interessante band is die begon als blackmetal,en dan steeds verder
evolueerde naar een één-band genre met naast ‘black’ epitheta als
‘post’, ‘progressief’ en ‘psychedelisch’. Allemaal goed en wel,
maar voor dit album past vooral ‘incoherent’, ‘pretentieus’ en
‘langdradig’. Voor ik het album verder de grond in boor toch een
paar lichtpunten.
Openingsnummer ‘High On Hate’ is een lekkere blackthrash-stamper
met ballen en een kil sfeertje. In de latere nummers (die alle
verschillende graden slechter zijn) valt geregeld op dat de band
wel degelijk dingen uitprobeert en blijkbaar bewust op zoek gaat
naar een unieke positie. Ze doen dit door verschillende genres te
incorporeren in hun metal (als het dat nog is) en soms geloof ik
wel dat er zo iets zou kunnen bestaan als luisterbare “donkere,
psychedelische progressieve post black metal”, al is het hier niet
of nauwelijks te vinden.
De tweede helft van ‘The End is Eternal’, het titelnummer en het
slot van (de verder erg flauwe) ‘Then Fires’ geven hiervoor de
sterkste hints. ‘Addicts’, het nummer, heeft men trouwens ook een
80’s glam shot gegeven en goed gedoseerd kan je daar niets mis mee
doen.
Wat is er nu allemaal zo tenenkrommend aan dit album? Om te
beginnen de zang van Blake Judd, hij probeert op de meeste nummers
een soort van raspende, cleane zang uit en faalt op een miserabele
manier. Soms kan vals zingen charmant zijn, soms kan vals zingen
zelfs een efficiënte expressievorm zijn als het gedoseerd wordt en
juist gemixt. Hier wordt de stem begraven onder de instrumenten en
klinkt het de hele tijd alsof er in de kamer naast je een
stofzuiger aanstaat tijdens een stemtraining van de latere Chuck
Schuldiner (van Death).
Op het laatste nummer is denk ik een gastzanger aanwezig die wel
goed zingt, maar zijn sjamaanincarnatie wordt compleet verneukt
door een lauwe industrial beat en een halfzachte gitaar die erover
heen drenzen. Verder probeert men op de meest ongepaste wijze en
plaatsen om orgeltjes in de mix te smokkelen met een slaperige
hoempapa als dieptepunt tijdens ‘No Funeral’.
Sommige nummers, zoals ‘Blood Trance Fusion’ of ‘Ruined Life
Continuum’ falen door een gebrek aan focus en uitwerking. Het
lijken vlugge kladjes die tijdens een avondje
weed-blowen-met-de-jongens op band zijn gezet. De gitaren zijn
cliché, de strofes te langdradig, de bruggetjes leiden naar het
niets en de timing van de drums trekt nergens op, zelfs niet als
het oprecht de bedoeling was om daar iets origineel mee te doen.
‘Addict…’ is een curieus werkstuk. Vol ideeën en stijlen, maar
schijnbaar zonder de ambitie om er ook iets coherent van te maken
dat aangenaam is voor de luisteraar. Het lijkt alsof Blake Judd al
zijn demo’s bijeen heeft gekwakt en nu in het gezicht van de
muzikale goegemeente smijt, vergezeld van een cynische fuck
you met de opdracht hier nu ook maar eens een labeltje op te
kleven.
Of misschien is hij gewoon echt het noorden even kwijt na al dat
toeren, blowen en wisselen van bandleden. Mijn stelling is in ieder
geval dat dit nooit zijn werkkamer had mogen verlaten en het meest
gênante vertoon wordt dan waarschijnlijk nog wel de manier waarop
de grote labels achter hem (Candlelight, Century Media) dit gaan
proberen aan de man te brengen.
http://www.myspace.com/nachtmystium
http://3voor12.vpro.nl/speler/ondemand/43518962#ondemand.43518962
(Nachtmystium live-set van Roadburn 2010)