Net nu het eindelijk een klein beetje warmer begint te worden, zit Les Nuits Botanique editie 2010 er alweer bijna op. Voor het echter zover is, mag bijna-afsluiter Wolf Parade nog even alle registers opentrekken. Met het eind juni te verschijnen EXPO 86 op zak staat de band immers scherper dan ooit tevoren.
Een uurtje eerder begint de avond meteen uitzonderlijk sterk: zelden krijgt het publiek zo’n mooi voorprogramma voorgeschoteld als het Amerikaanse Warpaint. De band heeft met Exquisite Corpse slechts één EP op zijn conto, maar weet verrassend en geniepig uit de hoek te komen. Melancholie wordt vermengd met eightiestinten — hoorden we daar Robert Smith niet bellen dat hij zijn gitaarsound terug wil? –, terwijl twee engelenstemmen afwisselend de ijle zangpartijen voor hun rekening nemen. De stilte die Warpaint uitstraalt, is begerenswaardig, maar vooral de dromerige gitaarriffs, rollende bas en de uitstekende drumbegeleiding maken van Warpaint een veelbelovende band die de Orangerie gedurende veertig minuten onder hypnose houdt.
Net zoals The xx klinkt Warpaint alsof ze in een donker bos achterna gezeten worden door boze geesten. Het gitaarspel van Emily Kokal en Theresa Wayman weerkaatst van de ene boom naar de andere, en de zoete schoonheid van hun stemmen doet de bladeren trillen. Minimalisme, stilte, maar vooral perfectionisme overheersen tijdens songs als “Stars” en “Bees”. De band bewijst echter ook de ruigere weg op te kunnen met “Polly” en “Elephants”, waar Curegitaren helemaal uit de kast worden gehaald en funky basslijntjes het hele spel leiden. Steeds weer weten de dames van Warpaint te verrassen met frisse, doch experimentele nummers. Er rest dan ook slechts een vraag: waar blijft dat debuutalbum?
Van ingetogen minimalisme is geen sprake meer wanneer Wolf Parade het podium betreedt. Met een snijdende, bijtende versie van “Soldier’s Grin” wordt de aftrap gegeven voor een ongelooflijk luid concert. Vanavond geen Wolf Parade voor mietjes, nummers als “You Are A Runner And I’m My Father’s Son” en “Shine A Light” hakken er stevig in, en de band zal bijna twee uur lang geen moment gas terugnemen.
Een verrassend gezond uitziende Dan Boeckner neemt daarbij het voortouw: na een zijstapje met vrouwlief Alexei Perry in Handsome Furs, lijkt de man enorm veel zin te hebben in de shows met Wolf Parade. Boeckner overtroeft frontman Spencer Krug op alle vlakken, met zijn sterkere zangpartijen, een haast onstuitbaar enthousiasme en een ongeziene liefde voor het publiek. Want hoewel Krug met “What Did My Lover Say (It Always Had To Go This Way)” het sterkste nummer van het nieuwe album EXPO 86 toebedeeld krijgt, slaagt hij er niet in de song met overtuiging te brengen — zelfs het kleinste technische probleem lijkt hem te verlammen. En dat gebeurt wel vaker vanavond: “Dear Sons And Daughters Of Hungry Ghosts” wordt met een rotvaart afgehaspeld, als was het Radiohead die voor de honderdduizendste keer tegen zijn zin “Creep” moet bovenhalen.
Er valt echter nog meer dan genoeg moois te rapen: het nieuwe album heeft — vermoedelijk onder impuls van Boeckner — een erg dansbaar en uptempo geluid meegekregen dat live nog beter uit de verf komt. Het met weirde synths gelardeerde “Ghost Pressure” (de persoonlijke favoriet van de band) had in een kalere versie niet misstaan op Handsome Furs’ Face Control, en de rechttoe-rechtane rocker “Pobody’s Nerfect” (we zouden het zelf niet kunnen bedenken) zet de zaal behoorlijk op zijn kop. Dat een band er met zoveel onbekende nummers in slaagt zo’n sterk concert neer te zetten, is hoogst bewonderenswaardig. Toch zijn ook de oude nummers broodnodig: na een portie nieuw materiaal, worden “This Heart’s On Fire” (waarin meteen duidelijk werd waar Team William de mosterd haalde) en vooral het door merg en been gaande “I’ll Believe In Anything” door het publiek omarmd als bescheiden anthems.
Met het meer dan tien minuten lang uitgesponnen gitaargeweld van “Kissing The Beehive” (en een lichte ruis in de oren) worden we tenslotte de nacht ingestuurd. Hypnotiserende droompop en hartverscheurend rockende indie bleken vanavond het ideale duo om deze jaargang van Les Nuits in schoonheid en met een hoogtepunt van jewelste naar zijn einde te begeleiden.