Western Vinyl, 2010
Rob Lowe en Michael Muller besloten enkele jaren terug, in 2006,
hun krachten te bundelen onder de groepsnaam Balmorhea (uit te
spreken als Bal-moor-ay). In de vier jaar sinds het onstaan is de
groep uit Austin (Texas) ondertussen al aan zijn vierde
langspeelalbum toe. Het uitstekende ‘All Is Wild, All Is Silent’
dateert slechts van maart 2009, maar met ‘Constellations’ wordt
weer een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan een snel groeiende
discografie. De smeulende postrock is net zoals bij de voorganger
royaal van klassieke ornamenten voorzien. ‘Constellations’ komt bij
momenten dicht bij Balmorhea’s artistieke hoogtepunt, al blijft
‘All Is Wild, All Is Silent’ nog (even) de kroon spannen.
‘Constallations’ is net zoals zijn voorgangers een samenvoegsel van
instrumentale pareltjes. De luisteraar zit bij momenten zo dicht op
de uitvoerders dat minieme achtergrondgeluiden uit de duisternis
treden. Intimiteit en gewaarwording zijn de sleutelkenmerken van
Balmorhea, met composities die eveneens door een logische opbouw
gekenmerkt worden. Bij het openingsnummer ‘To The Order of Night’
zijn al die facetten aanwezig, maar pas vanaf ‘Bowsprit’ worden ze
allen op bijzonder sfeervolle wijze gehanteerd. Een gedempte gitaar
en een diepe akoestische bas in zacht samenspel met een
strijkinstrument. Een gestage opeenstapeling met daaropvolgend de
heldere snare picks (van een banjo) en ritmische
zweepslagen die de aantrekkelijke compositie stilistisch
verdiepen.
Opvallend is dat Balmorhea op welgekozen momenten gebruik maakt van
melodische expressie, waarbij een algemeen beeld of sfeer (vaak af
te leiden uit de titel) in de muziek wordt voorgesteld. De piano op
‘Winter Circle’ klinkt frigide en verstillend, waarbij men zich
makkelijk winterse taferelen kan voorstellen. Het procédé wordt
nogmaals toegepast bij ‘On The Weight Of Night’, met diepe
percussieslagen maar vooral een melancholische duisternis die het
nummer omklemt.
De titeltrack ‘Constallations’ kan met zijn mysterieuze aanvang
(let op het zachte geklop tijdens het bespelen van de piano) en
zijn impressionistische invloeden makkelijk spanning opwekken, maar
verzandt jammerlijk in een stukje brave muziek. ‘Night Squall’
klinkt fris, al is het allemaal iets té schools en braaf om potten
te breken. Eenzelfde opmerking kan bij ‘Herons’ gemaakt worden,
maar de verdubbeling van gitaren in het tweede deel is wel een
meerwaarde voor het nummer.
Bij ‘Steerage And The Lamp’ primeert de vloeiende toetsbehandeling
op de piano, met melodische contrasten die als adequaat breekijzer
dienen op de snel opeenvolgende noten. ‘Steerage And The Lamp’ is
typerend voor Balmorhea omdat het onomwonden door veel
verschillende genres beïnvloed is. De inspiraties zijn veelvuldig,
met elementen uit klassiek, jazz en zelfs het verre Oosten.
Bevlogen en energiek, maar vooral beklemmend door zijn
gekanaliseerde energie.
‘Constellations’ beweegt met een rustige cadans voort, maar durft
op geregelde momenten toch de juiste prik uit te delen. Met slechts
een speelduur van 38 minuten en soms wat brave melodieën is het nét
niet voldoende om ‘All Is Wild, All Is Silent’ te overtreffen. Het
doet niettemin naar meer smaken, en als Balmorhea aan dit tempo
verder doet, laat het vervolg niet lang op zich wachten.