Hij is er, de fameuze electro-opera over Charles Darwin. Een gemakkelijke zit is Tomorrow, In A Year niet geworden. Maar de plaat is evenmin het gevreesde onbeluisterbare werkstuk van een postmoderne The Who, zoals aanvankelijke gevreesd werd.
The Knife levert een opera over Darwin af? Zelfs wie vertrouwd is met de muzikale drang tot avontuur van het tweetal, moest even slikken toen bekend raakte wat The Knife van plan was met zijn eerste plaat sinds het overdonderende Silent Shout uit 2006.
Als het een geruststelling kan zijn: u hoeft niet vertrouwd te zijn met de exacte inhoud van het werk van Charles Darwin. Net zo min wordt van u verwacht een operakenner te zijn. Karin Dreijer Andersson en haar broer Olof waren dat evenmin en dat heeft hen niet tegengehouden Tomorrow, In A Year in elkaar te knutselen.
Al helpt het natuurlijk wel als u de vreemde hoogstemmige zang herkent als typisch voor opera en weet dat Darwin de man is van de evolutietheorie.
Koppel die twee samen en je krijgt de plaat die The Knife, met behulp van sopraan Kristina Wahlin Momme, multi-instrumentalist Janine Rostron (a.k.a. Planningtorock) en Matthew Sims in elkaar gestoken hebben. En ja, het eindresultaat is bij momenten moeilijk verteerbaar. Maar na een tijdje blijken de negentig minuten net zo fascinerend en verslavend als de voorgaande The Knife-platen dat na verloop van tijd werden.
Het grootste verschil met de voorgaande plaat is dat hier vast geen hit als “Heartbeats” of “Marble House” te vinden zal zijn. Pas een flink eind in de twee helft van de plaat maakt het vertrouwde stemgeluid van Dreijer Andersson voor het eerst zijn opwachting, in de elf minuten durende single “The Colouring Of Pigeons”.
Is Tomorrow, In A Year tot dat punt een afvallingsrace? Verre van. Het album heeft de niet onaardige ambitie om in anderhalf uur de evolutieleer in muziek te vatten. Dat lukt aardig en zorgt voor een aannemelijke verklaring voor het ietwat vreemde, maar daarom niet minder meeslepende karakter van nummers als “Geology” en “Minerals”.
Af en toe, zoals in “Ebb Tide Explorer”, doemt daarbij de schaduw op van de soundtrack die The Knife in 2003 maakte bij de film Hannah med H, maar Tomorrow, In A Year is nog ietwat radicaler van klankkleur.
Pas met “Seeds”, wanneer het einde in zicht is, lijkt het even of The Knife zich op vertrouwd terrein waagt door het nummer met een semi-platte beat te starten. Maar ook dan valt niet te ontsnappen aan evolutietheorie. Binnen de kortste keren vliegen de vreemdste klanken ons opnieuw rond de oren, wat niet meer blijkt dan een opmaat richting een intense finale in de vorm van het titelnummer en “The Height Of Summer”, waarmee we in de staart alsnog het vertrouwde geluid van The Knife te horen krijgen.
Tomorrow, In A Year mag dan geen doorsnee popplaat zijn, het is evenmin het hoogdravende, elitaire en onbeluisterbare gegeven dat het had kunnen worden. The Knife heeft zijn drang tot het maken van spannende muziek op een evenwichtige wijze naar buiten gebracht. Tomorrow, In A Year is misschien niet makkelijk in een hokje te duwen — een evolutie in de muziek die alleen maar toegejuicht kan worden — maar het album dankt zijn kracht voor een stuk aan die ongrijpbaarheid: het altijd opnieuw willen beluisteren van de nummers die met elke luisterbeurt een beetje meer prijsgeven.
Een knappe prestatie, zoveel is zeker, al neemt dat niet weg dat een brok als Tomorrow, In A Year nooit dezelfde kick zal teweegbrengen als de vorige platen van The Knife. Wie daarop hoopte, zal nog enige tijd op zijn honger blijven.
En mocht het toch allemaal te zwaar zijn, dan doet u er gewoon zelf iets aan: Tomorrow In A Year is immers geen afgewerkt product. Het album verschijnt onder een creative commons-licentie, waarmee The Knife luisteraars wil aanzetten de muziek verder te laten evolueren door naar hartelust remixen, herinterpretaties en mutilaties van de muziek te maken.