
Zeggen dat Omar Rodriguez een ijverige artiest is, zou een
understatement van jewelste zijn. Het bekendst is hij natuurlijk
van zijn werk bij The Mars Volta en eerder bij At the Drive-In.
Toen vriend en mede-Volta Jeremy Ward vijf jaar geleden door een
overdosis heroïne lid werd van de Forever 27 Club (net als onder
meer Cobain, Joplin en Hendrix haalde hij z’n 28ste
verjaardag niet), besliste Rodriguez om meteen te stoppen met hard
drugs. Sindsdien is hij naar verluidt volledig clean, en dat
vertaalde zich vrijwel onmiddellijk in een niet-aflatende
releasestroom. Naast vier Mars Volta-platen en ontelbare
collaboraties en gastoptredens bij onder meer John Frusciante en
diens Chili Peppers bracht Omar sinds 2004 maar liefst elf (11!)
soloplaten uit. Een groot publiek bereiken die laatste echter niet.
Zelfs voor de grootste fans is het natuurlijk allemaal wat moeilijk
bij te houden. Het publiek was die avond -te zien aan de talrijke
bandshirts- vooral gekomen om de Mars Volta-man aan het werk te
zien, en om het terra incognita dat diens solowerk voor de meesten
is, te ontdekken.
Voordat het zover was, mocht Zechs Marquise een
dikke drie kwartier opdraven. Drummer bij deze Texaanse band is
Marcel, de jongere broer van Omar. De buren van het
Rodriguez-Lopez-gezin moeten het destijds hard te verduren hebben
gehad, want Marcel speelde al even hard en weergaloos als zijn
broer. Zechs Marquise bracht instrumentale progrock waar desondanks
nog steeds volwaardige nummers in te horen waren. De spanningsboog
werd vaak heel zorgvuldig opgebouwd, om op gepaste momenten
helemaal los te barsten. De getalenteerde muzikanten waren zeer
goed op elkaar afgestemd en speelden met tempowisselingen alsof het
hen geen enkele moeite kostte. Na een tijdje werd het optreden wat
eentonig, maar de verschroeiende finale maakte veel goed. Het
onbetwistbare uithangbord van Zechs Marquise was leadgitarist
Marcos Smith, die dankzij zijn indrukwekkende solo’s in z’n eentje
al een perfect voorprogramma vormde.
Dan was het de beurt aan Omar Rodriguez-Lopez in
hoogsteigen persoon, die aan het optreden begon met een nummer van
een half uur, ‘Boiling Death’. Maar waar op volledige concerten van
The Mars Volta soms slechts een nummer of twee wordt gespeeld, ging
het er op zijn solo-optreden iets minder extreem aan toe. Tijdens
het bijna twee uur durend concert telden we op z’n minst elf
nummers, die de verschillende kanten van het Omar
Rodriguez-universum lieten horen. Van pure Mars Volta-prog ging het
soms naar behoorlijk funky rock, om uiteindelijk zelfs bij iets
reggae-achtigs uit te komen. Fusion, wat u zegt.
Het is eigenlijk een misvatting om dit een solo-concert te noemen.
Rodriguez werd omringd door een vier- en soms vijfkoppige band die
voornamelijk bestond uit Mars Volta-leden. Voornaamste troef was
een piepjong zangeresje uit Mexico City. Tussen haar nummers door
stond ze wat onwennig en verlegen op het podium, maar haar Beth
Gibbons-achtige stem deed je geloven dat er een echte diva voor je
stond. Helaas stond haar microfoon zeker in het begin veel te stil,
zodat ze het aanvankelijk moeilijk had om boven het geweld van de
andere muzikanten uit te komen.
Aangezien Omar en zijn band voornamelijk nieuw en obscuur werk
speelden, bleef herkenningsapplaus uit. Dat het optreden zelfs na
meer dan negentig minuten niet saai werd, was ten dele ook te
danken aan de knappe visuals. Deze wisselden livebeelden van het
concert af met sfeerscheppende fragmenten van onder meer
vliegtuigen en auto-ongelukken. Maar eigenlijk was het al
fascinerend genoeg om Omar zelf in grote vorm aan het werk te zien.
Geen idee hoeveel zieltjes hij aan el diablo heeft
verkocht voor zijn gitaartalent, maar vast staat dat hij een
ronduit indrukwekkende performer is.
Ondertussen zou Omar naar eigen zeggen maar liefst 17 volledig
afgewerkte platen op de plank hebben liggen. De titel van
hardest working man in showbusiness mag hij wat ons
betreft hebben. Al zullen we daar nog een nickname aan toevoegen:
Carlos Santana from hell.