“Zelfs mijn moeder vindt ze toegankelijk”, zegt Dijf Sanders over Homesick, zijn nieuwe plaat. Het mens heeft gelijk: eindelijk maakt de Bruggeling zich los uit de marge en presenteert hij zich als de duivelskunstenaar die kenners altijd al in hem vermoedden.
Zo’n bestaan in de schaduwen aan de rand heeft Sanders dan ook nooit geïnteresseerd. En deze keer moest het er op zijn. “Het moest een plaat worden die overal gedraaid kan worden, zonder plat te zijn”. Of hij met Homesick echter dezelfde brede populariteit zal halen als Zo is er maar één zijn groepje The Violent Husbands bezorgde, betwijfelen we sterk. Neen, ondanks de heerlijke singles zal ook deze plaat echt niet voor De Grote Doorbraak zorgen.
Daarvoor is introtrack “Birth Of Dijf” teveel laptopgepriegel dat het beste van Four Tet in herinnering brengt. Speels getingel, akoestische gitaarklanken erover,… weinig song, meneer! Of neem nu “To Be A Bob”: nu plots met het titelnummer van je VORIGE plaat afkomen. Met de mensen hun voeten spelen, noemen we dat. En het is ook niet omdat de jazzy toetsen van op die voorganger verdwenen zijn, dat Sanders niet meer moeilijk doet. Zo combineert “African Wanker” laptopdub met vingerpiano’s en flarden onbestemd gebrabbel. Weinig commerciële titel ook trouwens.
Sanders is er zo eentje die gretig alle richtingen op knalt, en wij moeten maar zien bij te benen: van de daverende electrorock van “Howling High” naar het wiegeliedje “Cold Ostrich”. Soms lukt dat volgen niet meer; dan huppelen we maar vruchteloos wat in het rond tot Sanders opnieuw passeert om weer een andere weg in te slaan. Tegen “Howling Low” en “I’m All Yours” (om toch maar even die Tom Waits-vergelijkingen boven te halen) zijn we goed tureluurs gedraaid: straffe nummers allebei, maar net die twee richtingen teveel op deze iets te lange plaat.
En toch zal het Sanders lukken. En wel hierom.
Omdat de singles geweldig zijn, en Beck met “Loser” ooit al eens bewees dat je er maar één nodig hebt om een bloeiende carrière te kunnen uitbouwen, that’s why. “The Great Downfall” valt met veel schwung binnen, sleurt je onverwachts de dansvloer op en uit de lucht dalen plots een glitterbol en discolichten neer. Van Oostende tot Aarlen zou een polonaise op gang moeten komen van pure appreciatie. Je hoort dat producer Reinhart Vanbergen een paar truukjes uit het grote danskookboek heeft meegebracht voor deze superieure discotrack. En dan is er nog de soul van “Sugar Frosted Milk” dat op gezette tijden ook op StuBru het mooie weer mag gaan uitmaken.
“To Be A Bob” is ondanks dat titelgeintje overigens ook best een heerlijke funky track waarin Sanders het op een smooth rappen zet en de vingers spontaan aan het knippen gaan. En “Howling High”? Dat is ook een goéie electrorocktrack: Queens Of The Stone Age-riff op een synth gespeeld, een loeiende gitaar op de achtergrond, en razen maar. De trompetinterventies van Jon Birdsong (eerder al actief bij Beck en Stijn) zijn trouwens ook om van te snoepen, let maar eens op in “Tiptoe Monster”. Neen, als kwaliteit uiteindelijk altijd bovendrijft, dan komt het wel goed met die Dijf.
De Vlaamse Beck? Een niet-zo-funky Stijn? Het zijn allemaal pogingen tot omschrijving die het talent van Sanders geen recht doen dus. Ja, Homesick is vermoeiend caleidoscopisch en een nummer of vier te lang om echt sterk te zijn, maar deze plaat verdient het dat u ze uitgeslapen beluistert.
Dijf Sanders speelt op 12 oktober in de AB in Brussel en daarna nog in de Nijdrop (Opwijk, 1 november) en Het Depot (Leuven, 20 november).