Wanneer een groep met cijfers begint te goochelen in zijn albumtitels, dan kan men er vergif op innemen dat men ofwel totaal geen inspiratie had en dus louter wil aanduiden aan welke release men zit ofwel zichzelf zo hard in numerologische quatsch verloren heeft dat het verstandiger is om gewoon niet dieper in te gaan op de betekenis van het getal.
Het Zweedse retro-psychedelische Dungen heeft zich in het verleden nooit bezondigd aan moeilijke of doordachte albumtitels: Dungen, Stadsvandringar ("stadswandeling") ook gekend als 2, Ta Det Lugnt ("rustig aan") en Tio Bitar ("tien songs") noopten niet onmiddellijk tot existentiële reflecties, bijgevolg hoeft er ook niet te lang stilgestaan te worden bij de vraag waarom de groep zijn vijfde plaat 4 doopt in plaats van 5.
In de — nochtans drukbezochte — wereld van psychedelische rock heeft Dungen in het bijzonder dankzij doorbraakalbum Ta Det Lugnt een voetje voor. De groep rond Gustav Ejstes wist het peloton steevast enkele neuslengtes voor te blijven door niet zomaar de grote namen uit de jaren zestig na te apen, maar zelf aan de slag te gaan met de verschillende invloeden die de basis vormden voor de muziekstroming. Hierdoor wist de band zich enerzijds overduidelijk binnen te psychedelische rockwereld te plaatsen maar anderzijds zich ook als een buitenbeentje te profileren.
Het geluid van Dungen is intussen al lang in steen gebeiteld. Grootse veranderingen in stijl of klank hoeven niet verwacht te worden. Ejstes is zich echter maar al te zeer bewust van de beperkingen die elk genre met zich meebrengt en tracht elke plaat vanuit een ander perspectief te benaderen. De pastorale toets die op de twee vorige albums in een eeuwigdurende strijd leek verwikkeld te zijn met een energieke en speelse impuls is aan de kant gezet voor een beheerster psychedelisch geluid, zonder de free jazz- of prog-elementen uit het oog te verliezen.
Een belangrijke reden hiervoor lijkt Ejstes zelfopgelegde beperking tot de piano te zijn, met een occasionele flard viool of fluit. In het verleden nam de frontman immers verschillende instrumenten voor zijn rekening, althans op plaat, wat paradoxaal genoeg resulteerde in uitgesponnen jampartijen. Ditmaal mogen gitarist Reine Fiske, bassist Mattias Gustavsson en nieuwe drummer/percussionist Johan Holmegard prominenter in beeld komen, waardoor de songs meer gebald klinken. Zelfs de psychedelische jam/trip van "Samtidigt 2" klinkt verhoudingsgewijs rustiger en kalmer dan zijn voorgangers op de oudere platen.
Holmegard drukt duidelijk zijn stempel op verschillende songs; zo kunnen zijn complexe drumpatronen in het spacy "Det Tar Tid" niet genegeerd worden, net zo min als de stuwende puls die hij aan "Fredag" geeft. De hoofdvogel wordt in dit nummer evenwel afgeschoten door het breed uitwaaierende gitaarspel van Fiske. Het duo schittert overigens in meer tracks, zoals de rockende, door (Jimi) Hendrix beïnvloede instrumental "Samtidigt 1" uitvoerig bewijst.
Ejstes geeft duidelijk met plezier zijn bandleden alle mogelijkheden om hun kunnen te tonen, maar hij blijft wel heer en meester over de band, getuige bijvoorbeeld het dromerige "Bandhagen", waar hij niet alleen meesterlijk piano maar ook fluit speelt, het ingetogen "Sätt Att Se" en het wonderbaarlijke "Ingenting Är Sig Likt" dat de kracht van de bandleden bundelt in een ruimtelijke trip doorheen het universum en het zelf.
Dungen speelt psychedelica zoals het genre dient opgevat te worden: zonder restricties, grenzen of bepalingen. In tegenstelling tot het gros van zijn collega’s en concurrenten weet Ejstes de essentie van psychedelische rock en bij uitbreiding zowat alle relevante muziek uit de jaren zestig en zeventig op een heel persoonlijke en eigenzinnige manier in te vullen. Dat maakt van 4 opnieuw een tijdloze plaat die als geen ander de sfeer van een tijdperk weet te vatten.