
Yep Roc Records
Munich, 2008
De Wikipediapagina’s van Giant Sand en Howe Gelb geven een goed
beeld weer: beide zijn identiek dezelfde. Giant Sand is Howe Gelb
en omgekeerd. Natuurlijk zijn er door de jaren wat
personeelswissels geweest, maar Gelb is de centrale figuur. En
wanneer Giant Sand stil lag, waren er altijd we wat zijprojecten of
solo-werk van Gelb die klonken als Giant Sand.
Maar meer van hetzelfde is niet slecht als de kwaliteit van een
goed niveau is.
Gelb geeft zelf toe dat het verschil tussen Giant Sand, solo-albums
of van zijprojecten als Arizona Amp & Alternator niet meer dan
een gevoel is dat bij hem leeft. Er passeren dus beproefde
ingrediënten de revue. De rasperige stem van Gelb, half zingend
half parlando, combineert nog steeds prachtig met een vrouwenstem:
noch Isobel Campbell en Mark Lanegan, noch Alison Krauss en Robert
Plant vonden het warm water uit door rootsgeïnspireerde duetten
te brengen, Howe Gelb doet dat al van in de jaren ’90. Op
‘proVISONS’ passeren er ook weer enkele pareltjes: ‘Stranded
Pearl’, met – jawel – Isobel Campbell,
‘Without A Word’ met Neko Case op ‘Spiral’
en op het funky, aan Dr John schatplichtige ‘Saturday Beyond
Repair’ is Henrietta Sennenvaldt van het Deense Under Byen te gast.
Verder maken ook nog M. Ward en het Voices
Of Praise-gospelkoor (te ontdekken op het meer dan uitstekende Howe
Gelb-album ‘Sno
Angel Like You uit 2007) deel uit van de line-up.
In heel wat songs is te horen waar Calexico de mosterd is gaan
halen voor de blauwdruk van hun oeuvre: een blazerssectie en die
typische gitaar die de sfeer van het warme en stoffige zuiden van
de States oproepen. Joey Burns en John Convertino vormden dan ook
de vroegere ritmesectie van Giant Sand en hebben eigenlijk een
toegankelijkere versie gemaakt van Gelbs muziek. Gelb heeft een te
grillig gitaarspel en is als pianist te improvisionistisch om
ingang te vinden bij een groot publiek.
Tekstueel is er wel een groot verschil met zijn vroegere bandmaten:
Gelb is geen verhalenschrijver, maar eerder een dichter die ironie
niet schuwt. ’s Mans stem leent zich er dan ook uitstekend toe om
zinnen als “Molecule, Molly is nobody’s fool / Comes from an
excellent gene pool” (uit ‘Increment Of Love’) te
brengen.
Meer van hetzelfde is natuurlijk geen goed nieuws als het hetzelfde
zichzelf ongeïnspireerd herhalen is: ‘Can Do’ bijvoorbeeld is een
wat halfslachtige rockabilly versie van een nummer dat al eerder en
in een betere versie te horen was op ‘Arizona Amp &
Alternator’. En afsluiter ‘Well Enough Alone’ heeft identiek
hetzelfde refrein van ‘Nail In The Sky’ op ‘Sno Angel Like You.
Samen met het overbodige en uit de toon vallende ‘Muck Machine’
klinken deze nummers als opvullertjes.
Maar met tien goede tot uitstekende nummers op een totaal van
dertien haalt Giant Sand/Howe Gelb wel meer dan een voldoende:
‘proVISIONS’ is de beste Giant Sand plaat sinds jaren. Het album
vindt dan ook meer aansluiting met het werk dat de laatste paar
jaren verscheen onder Gelbs eigen naam of met Arizon Amp &
Alternator, dat allemaal van een hoger niveau was dan wat onder de
naam Giant Sand verscheen.
Gelb zal nooit voor een uitverkochte AB spelen zoals zijn vroegere
maatjes in Calexico, maar in een ondertussen al meer dan twintig
jaar durende carrière slaagt hij er in om te blijven boeien. Zowel
solo als met zijprojecten als met Giant Sand. Maar dat is eigenlijk
ook weer allemaal een beetje hetzelfde.