Elektronica klinkt op de dag van vandaag weer heftiger dan ooit.
New rave electro à la Justice en Klaxons is feitelijk
dreunende rockmuziek, maar dan met synthesizers in plaats van
gitaren in de hoofdrol. Die nieuwe weg is beslist een verademing na
het uitgebluste minimalisme waarmee we opgezadeld werden na het
uitdoven van de in de jaren negentig zo populaire eurodance. Langs
de andere kant missen we temidden van de hectische new rave soms
wel eens de minder opgejaagde, maar net zo efficiënte bliepjes van
electropioniers als Kraftwerk en New Order. En dat is
net het type muziek dat The Whip beoogt te brengen. Ondanks de
compleet foutieve stempel van indie rave die ze vaak opgeplakt
krijgen, allicht omdat de woordenschat van de alomtegenwoordige
hypegerichte muziekmagazines niet veel verder reikt .
De groep vergaarde haar eerste faam dankzij het explosieve
‘Divebomb’, maar dat nummer is niet bepaald representatief voor het
hele album. In ‘Divebomb’ klinkt The Whip erg dansbaar, maar dat is
niet de toon die de volledige cd beheerst. De Daft Punk-achtige
beats komen enkel nog terug in de – weliswaar veel minder
aanstekelijke – nummers ‘Trash’, ‘Fire’ en ‘Sister Siam’. De
aanzetten zijn steeds goed, maar The Whip lijkt er moeilijkheden
mee te hebben om hun nummers dat extra beetje mee te geven dat
ervoor zorgt dat de songs bijblijven. Of de climax ontbreekt, óf de
nummers slepen te lang aan, óf we hebben het allemaal al eens
eerder gehoord, maar dan tien keer beter. Of al die dingen tezamen.
De andere songs laten een totaal ander geluid horen. The Whip is
een viertal uit Manchester, en dat uit zich wel heel duidelijk in
hun muziek. Vooral de twee meesterbreinen van de band – zanger
Bruce Carter en keyboardspeler Danny Saville – lijken te denken dat
ze Bernard Sumner en co zijn.
De meest frappante voorbeelden zijn ‘Frustration’ en ‘Sirens’, die
zowel qua zang als wat betreft de instrumentatie angstaanjagend
dicht bij New Order aanleunen. Melancholische ondertoon inclusief.
En ondanks het sluimerende gevoel van voyeurisme dat ons door die
griezelige gelijkenis bekruipt, moeten we toegeven dat The Whip er
in die twee nummers in slaagt om New Order allesbehalve oneer aan
te doen. Spijtig genoeg kunnen we dat niet zeggen over al hun
pogingen. ‘Save My Soul’ duurt twee minuten te lang en zou zelfs te
zwak zijn om als New Order B-kantje te dienen. Ook het nochtans
goed beginnende ‘Dubsex’ gaat al gauw vervelen.
The Whip heeft duidelijk het een en ander in zijn mars, maar kan
het moeilijk tot uiting brengen. Naar een volgend album toe zullen
ze zich eerst en vooral moeten focussen op het vinden van een eigen
sound. Gaan lenen bij grootheden als New Order en Daft Punk is geen
schande, en er zijn eerlijk gezegd weinig electroartiesten die het
niet doen. Het is wel belangrijk om een zekere intrest te betalen
in de vorm van eigen inbreng. Sommige bands zijn daar gewoonweg
niet toe in staat, maar het frustrerende van de zaak is dat The
Whip dat overduidelijk wél is. De bij ‘X Marks Destination’ horende
dvd met een optreden van de band in Manchester laat horen dat The
Whip wél een eigen smoel heeft. Nu alleen nog zien dat die vertaald
kan worden naar de platen. Alleen zo kan The Whip de X vinden die
hen leidt naar de juiste ‘destination’.
http://www.myspace.com/thewhipmanchester