Polydor, 2008
Had men ooit gevraagd aan Carmel McCourt wat zij zou doen wanneer
een man die zij enorm zag zitten gewoon even in haar broek wou
zitten, dan had het antwoord geklonken als ‘Mercy’: een
fantastische heupwieger die speels duidelijk maakt dat de auteur
uitermate geïnteresseerd is, maar toch eerder naar een diepgaander
verbintenis zoekt. Frivool zonder profaniteiten, dat is niet meer
van deze tijd. En gelukkig maar, want deze nieuwe telg in de
sixties/seventies-revival klinkt een pak frisser dan de Beyoncés
die we de voorbije jaren hierover hebben horen palaveren.
Aimee Ann Duffy timmert ondertussen wel al even aan een
zangcarrière: café-optredens met enkele lokale bandjes, tweede in
Wawffactor (de plaatselijke variant van Idool) en een album in het
Welsh gingen reeds vooraf. Wij leerden haar kennen nadat ze haar
ware roeping gevonden had: in de voetsporen treden van de artiesten
die zij als kind de revue zag passeren op oude videotapes van haar
vader. Duffy trok naar Londen, kon daar de studio induiken met
Bernard Butler (ex-Suede) en de rest is hedendaagse
popgeschiedenis.
Net als ‘Mercy’ speelt het gros van de nummers op ‘Rockferry’ in op
de thema’s waarmee de hits van deze generatie zich bezig hielden:
twijfels omtrent de oprechtheid van liefde. Duffy uit op ‘I’m
Scared’ de angst die je om de hals kan slaan wanneer je voor het
eerst sinds lang weer op je eigen benen staat, maar geeft hier een
likje technicolor aan, als wil ze aantonen dat deze schrik in de
toekomst alleen maar tot een sterkte kan worden. Alsof het haar
koud laat, smaalt ze op ‘Serious’ “I’m a trophy on your arm,
you wear me like a charm”. Precies of er zit een heel leger
vriendinnen smalend in een kring terwijl Duffy op een verleidelijk
toontje smacht naar een ernstige verbintenis. The Supremes waren er
destijds geniaal in: bitterzoete deuntjes met een beladen
luchtigheid die een bang hart achter een glamouroutfit verborgen.
Dit credo houdt ook ‘Hanging On Too Long’ in ere: de ziel
blootleggen in een nachtclubballade die uitloopt tot onversneden
motown.
Vernieuwend kan je deze klanken moeilijk noemen: vocaal hoor je de
eerder genoemde Carmel samensmelten met Esther Philips en Randy
Crawford; de composities knipogen meermaals naar Dusty Springfield,
Nancy Sinatra en Petula Clark. Laten we ons echter niet blind
staren op dit leentjebuurgespeel, want uiteindelijk zijn
dit grootheden uit de muziekgeschiedenis die de hedendaagse
zangeressen nog wat kunnen bijleren wat klasse betreft. Duffy heeft
dan ook zeer goed opgelet tijdens de les en volgt de spelregels
magistraal op songs als ‘Warwick Avenue’: een relaas over het
stadium voorbij hartepijn, waarbij een deerne de smart voor
zichzelf een plaats gegeven heeft en haar ex-beau komt zeggen dat
hij haar niet langer kan kwetsen. Muzikaal is het een beeldige
trip down memory lane, compleet met ideaal geplande
uithalen en viooltjes in de refreinen. Dankzij deze uitgekiende
compositie voelt het resultaat dan ook niet clichématig of
voorgekauwd aan, maar net zoals het hoort.
Veel van de nummers die hier opgetekend staan, hadden enkele
decennia terug legendarisch kunnen worden. Voor de prachtige
ballade ‘Stepping Stone’, een compositie die langzaamaan rijker
wordt maar steeds een zekere rokerigheid behoudt, zouden de Céline
Dions van deze wereld een moord begaan, maar het karakter missen om
ze met dezelfde glans te brengen. Ook de fenomenale titeltrack is
geniaal opgebouwd: geen echte refreinen, maar een structuur die via
een slepende opbouw en een langzame overschakeling naar hogere
vocale registers logisch als een natuurwet klinkt. Tijdens de
laatste minuten van de plaat trekt ‘Distant Dreamer’ alle registers
open en sluit de handel zo af met een equivalent van Abba’s ‘The
Winner Takes It All’: een dijk van een refrein dat Broadway in vuur
en vlam zou kunnen zetten en een beweging in crescendo waarbij het
hele orkest het podium nog eens mag opkomen: onweerstaanbaar
over the top!
Omdat dit album net na de Amy Winehouse-tornado uitgebracht werd,
zal Duffy het lastig hebben om meteen de verdiende naam en faam te
verwerven. Qua stem is Winehouse nog dat tikkeltje indrukwekkender,
maar voor de titel van beste album uit de retrorevival is het een
nek-aan-nek race tussen het subtieler opgebouwde ‘Rockferry’ en het
stomender Back To
Black. Terwijl de ravenzwarte diva in de onmogelijkheid van
regeren verkeert, kan alvast een nieuwe koningin gekroond worden in
het land van de Amy’s!
Duffy staat op 4 juli op Rock Werchter
http://www.iamduffy.com
http://www.myspace.com/duffymyspace