De Argentijn Alejandro Franov is in eigen land een klein beetje sant, vooral in de alternatieve folkscene, maar hier is hij vooral bekend om zijn samenwerking met Juana Molina. Op Khali, zijn vijfde soloplaat ondertussen, haalt de multi-instrumentalist een resem exotische snaar- en percussie-instrumenten boven.
De keuze voor het wat aparte instrumentarium (de marimba en sitar behoren tot de bekendere) dreigt de schoonheid van de plaat evenwel te overschaduwen. Het duurt dan ook even vooraleer men voorbij het wereldmuziekachtige karakter van het album kan kijken, en de plaat om zijn intrinsieke schoonheid kan roemen. Franov maakt het zijn luisteraars niet gemakkelijk.
Volgens hem dragen zijn platen immers allen een specifiek idee in zich, al blijft het concept achter Khali obscuur. Naar eigen zeggen ontstond het album uit het gebruik van een drietal instrumenten (sitar, harp en mbira) en het verder uitdiepen van de samenwerking tussen hem en producer Emiliano Rodriguez enerzijds, en twee Zimbabwaanse nummers (de mbira is een zimbabwaans instrument) anderzijds.
De respectievelijke nummers “Shumba” en “Karigamombe” zijn beiden meer dan duizend jaar oud en maken deel uit van de religieuze rites van het Shonavolk (een slordige acht miljoen mensen). Opvallend genoeg klinken deze beide nummers verrassend tijdloos en vallen ze niet uit de boot binnen het geheel. Maar Franov zet de songs dan ook naar zijn hand door voor deze nummers niet de mbira maar “moderne” instrumenten zoals de harp, basgitaar en keyboard te hanteren.
Het is die ingenieuze combinatie van oud en nieuw die Khali zijn kracht geeft. Franov is niet geïnteresseerd in een loutere hommage of klakkeloos herspelen van nummers maar wel in het eren en recreëren van bepaalde ideeën en muzikale uitingen. Naar eigen zeggen is in de muziek een Afro-Arabische invloed geslopen, wat door een nummer als “Sudan” alleen maar onderschreven wordt.
Toch is die beïnvloeding niet altijd even tastbaar. Nummers als “Khali” en “Luxor” laten zich niet zomaar tot deze of gene cultuur reduceren, en “Nyamaropa” wil meer zijn dan een weergave van de mogelijkheden van het instrument waaraan het nummer zijn naam ontleent.
De sfeer van Khali vatten is dan ook geen eenvoudige opgave. Naargelang van het nummer en de gemoedsstemming durft Franov wel eens een andere richting in te slaan. De enige constante doorheen het hele album lijkt een introspectieve zoektocht te zijn. Franov biedt geen duidelijke antwoorden, noch wil hij een eenduidig album brengen, wat met het gebruikte instrumentarium nochtans erg voor de hand lag.
Het lijkt wel alsof Franov samen met de luisteraar een nieuwe cultuur tracht te ontcijferen en met elk nummer een ander deeltje van een puzzel ter hand neemt. Zelfs na meerdere beluisteringen is het niet duidelijk of Franov zelf weet wat de samengestelde puzzel opleveren zal, maar die vraag is eigenlijk niet aan de orde. Khali is een intuïtieve reis, geen muzikaal traktaat of op te lossen raadsel.