Terwijl buiten de stenen uit de grond vriezen, is het in de kleine Rotonde behaaglijk warm, niet in het minst omdat er zomaar twee lieftallige dames op het podium staan die elk met niet meer dan een gitaar en hun stem trachten de aanwezige harten te verwarmen.
Alina Hardin heeft nog geen plaat uit, maar is wel bevriend met Alela Diane en speelt in haar nieuwe band. Daarom staat ze deze avond eenzaam op het podium om enkele kleine nummers te brengen. En klein zijn ze. Hardin sterft bijna letterlijk van de zenuwen en laat vooral in de eerste nummers enkele steken vallen. Gelukkig wordt het ergste opgevangen door de kwetsbaarheid die zowel de nummers als zijzelf uitstralen. De nummers mogen er best zijn, al is een half uurtje lang genoeg, want het ontbreekt de set nog te veel aan maturiteit om meer dan een “hier zit potentieel in” te ontlokken.
Niet zoveel later is het dan aan Alela Diane, die zich duidelijk veel beter in haar vel voelt op het podium en onmiddellijk van start gaat met een ode aan haar kat. “My Brambles”, uit de al lang uitverkochte e.p. Songs Whistled Through White Teeth mag de spits afbijten. Uit diezelfde e.p. zal later overigens ook nog “Dry Grass & Shadows” volgen, dat net als het openingsnummer normaliter op de nieuwe te verschijnen plaat hernomen zal worden.
Niet geheel onverwacht komt de hoofdmoot evenwel uit The Pirate’s Gospel, waarbij niet elke song dezelfde impact heeft als op plaat. Ondanks de extra stem van Hardin en het geklap van het publiek (zelfs als de artiest het zelf vraagt, is het een ergerlijk iets), blijft “The Pirate’s Gospel” bijvoorbeeld steken in een goedbedoelde maar magere uitvoering. Nochtans beschikt Diane ook live over een indrukwekkende stem, zoals een wondermooi “Can You Blame The Sky” bewijst.
Ook een nummer als “The Rifle” staat live als een huis maar tegenover elke mokerslag weerklinkt dan weer een degelijke, maar niet echt beklemmende uitvoering van een ander nummer zoals “Sister Self”. Dat het publiek niet minder dan twee keer om een bis roept, is dan ook wat overdreven. Hoe mooi “Oh Mama” ook gebracht wordt als eerste bis, het blijft balanceren op een slappe koord. Een uur is lang voor wie geen geboren entertainer is maar toch zijn publiek dient te boeien met niet meer dan stem en gitaar.
Alela Diane en Alina Hardin zijn twee sympathieke meiskes met mooie liedjes die op plaat prachtig werken. Live varieert het van “durf live te spelen” voor Hardin tot “een mooie set maar de spankracht wordt niet volgehouden” voor Diane. Het waren kortom twee goede optredens, zeker nu het buiten zo’n grauw weer is, maar memorabel is een te duur woord voor wat we deze avond te zien kregen. Laat ons het er op houden dat we gecharmeerd waren, maar ook niet meer.