Drie jaar geleden kreeg ze de rotonde amper tot de derde rij gevuld. Nu is het drummen om Scout Niblett in diezelfde zaal aan het werk te zien. Of ook: hoe een stoere securityman van de Botanique, met luide aanmaningen dat iedereen recht moet staan, erin slaagt een bloedmooi concert te storen.
Is het plotse succes te wijten aan Nibletts recente samenwerking met Will Oldham, die op haar laatste plaat, This Fool Can Die Now, vier duetten met Niblett inzong, waarvan er twee tot de mooiste nummers van het jaar gerekend kunnen worden?
Mogelijk, maar Scout Niblett (in het echte leven Emma Louise Niblett) is al sinds Howe Gelb haar door zijn draagbare cassetterecorder liet knallen tijdens zijn optredens, een vaste waarde voor liefhebbers van teder geweld op basis van een paar gitaarakkoorden of uit de maat slaande drumpartijen.
Het is met een nummer uit haar eerste plaat, Sweet Heart Fever (2001), dat er wordt afgetrapt. Breekbaar en zonder pruik, een attribuut dat ze sinds haar voorlaatste plaat heeft laten varen, staat ze solo op het podium over verloren liefde te zingen: “You were already captured, you were already loved/I just wanted to stand with you in our space again”. Terwijl de zaal zijn adem inhoudt, vindt een securityman, die in zijn zoetste dromen ongetwijfeld in de huid van Jack Bauer kruipt, het nodig in de stilste momenten met luide stem enkele mensen aan te sporen recht te staan om zo een maximum aan publiek binnen te laten. Ongegeneerd zet hij zijn missie verder tijdens de twee mooiste nummers van het afgelopen jaar. “Do You Wanna Be Buried With My People” en “Kiss” grijpen ook zonder de hulp van Bonnie “Prince” Billy naar de keel. Even reikt een hoge noot buiten het bereik van Niblett, maar we zijn wel meer vals geschreeuw van haar gewoon. Dat wilde diertjes-aspect komt voluit naar voren tijdens vier achtereenvolgende nummers uit Kidnapped By Neptune (2005). De techniek van furieuze explosies na een schijnbaar gevoelige strofe is een kenmerk van Scout Niblett en werkt zowel op de lachspieren als op het hart. Dat Niblett een kind van de grunge is wordt bewezen in “Lullaby For Scout In Ten Years”. Courtney Love “Honey, If You’re Still Around” zien schreeuwen, het zou nog niet eens zo’n slecht idee zijn.
De momenten dat Scout Niblett achter haar drumstel kruipt staan garant voor avontuur. Ze is geen goede drumster, slaat consequent uit de maat en stuntelt meer dan eens, maar dat lijkt haar niet te deren. Nu heeft ze een professionele drummer mee die zich voor haar uit de naad werkt. Daarom beperkt ze zich deze keer tot twee nummers achter het drumstel. “Pom Poms”, een funky combinatie van gitaar en drum en een hartbrekende tekst (“Everybody needs someone to spell out their name/In a little song”), wordt gevolgd door publiekslieveling “Your Beat Kicks Back Like That”. Ook “No-Ones Wrong (Giricocola)”, een andere song uit het album I Am (2003) wordt enthousiast onthaald. “You liked that, hey? I can tell,” giechelt ze, vanavond spraakzamer dan gewoonlijk en rondstrooiend met anekdotes die alleen zij en haar drummer verstaan.
Afsluitend wordt er nog eens passioneel geschreeuwd in “Nevada” en “I Miss My Lion”. Om helemaal de deur te sluiten met “Wolfie” (“My hand held yours/But who was prouder to be with the other/I think it was me”) als een korte bis.
Dit was Scout Niblett grand cru. Furieus, hartstochtelijk maar ook bang en eenzaam. Zot en mooi. Misschien haar beste Belgische doortocht tot nu toe.