Met zijn vijfde langspeler Gegen die Wand zorgde Fatih Akin, de Duitse regisseur met Turkse roots, voor één van de indringendste films van 2004. Met een terecht gewonnen Gouden Beer op zak, slaat hij een nieuwe weg in met Auf der anderen Seite, oftewel The Edge of Heaven, dat op het jongste Filmfestival van Gent netjes de Canvas Publieksprijs in de wacht sleepte.
Auf der anderen Seite is een heel stuk minder in-your-face, minder rock-’n-roll, én veel complexer van structuur dan Gegen die Wand, het eerste deel van het drieluik dat Akin wil maken over ’de liefde, de dood en de duivel’ (niet toevallig zorgde zijn vriend Guillermo Arriaga, rechterhand van Alejandro Iñárritu, en schrijver van onder andere Babel, 21 Grams en Amores Perros voor inspiratie). De beeldtaal van Akins laatste worp is een pak ingetogener dan zijn vorige werk, maar hij speelt ook met verve op het gemoed.
Centraal staan drie eenoudergezinnen wiens levens met elkaar verstrengeld raken ergens tussen de Turkse en Duitse invloedsferen: de Duits-Turkse literatuurprofessor Nejat en zijn vader Ali, die een relatie aangaat met de prostituee Yeter; Yeter en haar dochter Ayten, die op de vlucht slaat voor de Turkse politie wegens banden met Koerdische afscheidingsbewegingen; en de Duitse studente Lotte, die tot groot ongenoegen van haar moeder Susanne (Hanna Schygulla) een lesbische relatie aangaat met Ayten. De acteerprestaties van onder andere Hanna Schygulla (een van de poulains van Fassbinder) en Baki Davrak, als Nejat, zorgen voor enkele kippenvelmomenten. Vooral de ontknopingscène waarin deze twee figuren centraal staan, is memorabel.
Met deze traag ontluisterende prent wil Akin zich wagen aan een intimistische film over de dingen des Doods. De film biedt een mozaïek aan thema’s waardoor de samenhang soms uit het oog wordt verloren. Akin zorgt namelijk voor een overload aan nevenverhalen door lesbische liefdes, cultuurclashes, de multiculturele samenleving, Koerdisch separatisme en ouder-kindrelaties aan te snijden. Toch geeft hij met deze prent een interessante, persoonlijke visie op de interculturele interactie en zorgt hij voor beklijvende momenten, zonder te vervallen in een overdreven sentimentele sfeer.
In Cannes kreeg Auf der anderen Seite de prijs voor beste scenario, maar het heen-en-weer geren tussen Bremen, Istanbul en Hamburg tijdens het filmen, zorgt soms voor een stroef aandoend verloop, waardoor het geprezen en minutieus uitgekiende scenario vaak nogal geconstrueerd en kunstmatig aanvoelt. De wereld is inderdaad héél klein, maar de ’toevalligheden’ en connecties tussen de zes hoofdrolspelers zijn nogal dubieus en stapelen zich net iets te veel op.
Auf der anderen Seite staat zeker niet op het niveau van uppercut Gegen die Wand (de regisseur liet zelf weten dat hij nogal onder druk stond bij het maken van de opvolger) maar is desondanks een heel lovenswaardige en gedurfde poging van de cineast om een tearjerker van niveau te maken.