Wie Spirit
in huis heeft en de band aan het werk zag in de 4AD, de ABClub of
op Pukkelpop
kan ervan meespreken: de muziek van Apse zweert bij duisternis,
dichtbegroeide wouden en rusteloze spoken. De band switcht
moeiteloos van glaciale kilte naar helse hitte en binnenkort zullen
de MOD in Hasselt, De Kreun in Kortrijk en de AB in Brussel door
dit Amerikaanse collectief veranderd worden in een muzikaal Blair
Witch Project. De band brandt van ambitie en perfectionisme en op
basis van hun eerste langspeler lijken ze die steile verwachtingen
moeiteloos te zullen waarmaken. Hun donkere tribale mantra’s laten
de traditionele postrock namelijk op z’n grondvesten daveren. enola
sprak met zanger/percussionist Robert W. Toher en drummer Ezer
Lichtenstein over hun unieke sound, de postrockvloek en het hijsen
van Ricard in Diksmuide.
Exploreren en evolueren
enola: Veel mensen brandmerken Apse als een postrockband
terwijl de invloeden uit de new wave en zelfs de afrobeat zo voor
het rapen liggen. Stoort dat label jullie en hebben jullie er een
verklaring voor?
Ezer: Ik ga niet akkoord met dat etiket, maar ik kan de
journalisten wel begrijpen. Bij gebrek aan een betere omschrijving
blijven we in dat hokje hangen. Het probleem is dat hoe makkelijker
je wordt ondergebracht bij een bepaald genre, hoe moeilijker het
wordt om dat label te overstijgen. We maken geen muziek met genres
of formules in onze gedachten. Voor de lol heeft Robert onze muziek
wel al omschreven als post-postrock-rock.
Robert: Klopt! Kort daarna gebruikte een journalist zelfs die
exacte term zonder te weten dat ik er al mee gespot had. Ik heb er
geen probleem mee dat journalisten onze muziek zo omschrijven, maar
velen blijven aan de oppervlakte hangen in plaats van dieper in te
gaan op de verschillen met traditionele postrock. Nu denken mensen
aan Godspeed of Explosions In The Sky wanneer ze het over Apse
hebben, terwijl onze nummers compleet anders in elkaar zitten. We
leunen meer aan bij bands als Liars, hoewel we ook niet helemaal
als hen willen klinken. Apse wil exploreren en evolueren, anders
kan je net zo goed een coverband beginnen.
enola: Was het een welbepaalde intentie om het label van
traditionele postrock te overstijgen?
Ezer: Onze enige bedoeling was om muziek te maken waarover we
allemaal enthousiast waren. Het resultaat is ‘Spirit’ geworden. We
wilden uiteraard wel progressie maken ten opzichte van onze ep en
met een eigen geluid op de proppen komen.
enola: Wanneer je al de verschillende invloeden op ‘Spirit’
hoort, kan je bijna niet anders dan concluderen dat de leden van
Apse zware muziekfreaks zijn.
Ezer: Dat kan je zeker zeggen. We hebben allemaal uitgebreide
muziekcollecties die een wijd spectrum aan genres overspannen. Dat
komt Apse enkel ten goede!
Robert: Ik vind ‘muziekfreaks’ niet de juiste term, maar ik
begrijp wat je bedoelt. Ik heb tienduizenden mp3’s, honderden
cassettes en platen en mijn collectie vinyl groeit ook zienderogen.
Ik luister zowel naar hiphop, motown, electro, Balkanmuziek, soul,
ambient, etc. Het zou nogal saai zijn als we ons enkel tot donkere,
atmosferische rock zouden beperken. Apse heeft meer in zich en dat
zal je bij toekomstige releases zeker merken.
enola: Kan je een paar invloeden opnoemen die van vitaal belang
waren voor ‘Spirit’?
Robert: Er zijn een paar bands waarmee ik dweepte wanneer we
aan ‘Spirit’ werkten. Ik luisterde toen vooral naar Fugazi, NIN,
Joy Division, Can, Liars, Tarentel, Do Make Say Think, The Cure,
Faust, Fly Pan Am en zo kan ik er nog heel wat opnoemen. Die
invloeden zal je niet allemaal horen op het album want de stijl van
die bands is niet het belangrijkste. Vooral het vakmanschap en de
aandacht voor details en arrangementen van die acts werkte
inspirerend. Ik wil wel benadrukken dat het hier om mijn
persoonlijke invloeden gaat en dit lijstje zeker niet exhaustief
is. De andere leden luisterden naar nog heel wat andere zaken en
‘Spirit’ beperkt zich zeker niet enkel tot deze
invloeden.
enola: Ondanks die waslijst aan invloeden heeft Apse wel een
eigen geluid ontwikkeld. Hoe is het donkere ritueel van ‘Spirit’
ontstaan?
Ezer: De basis voor de meeste songs werd gelegd door Aaron
(Piccirillo, red.) en ik. We maakten cyclische loops die
we constant liepen afspelen. Mike (Gundlach, red.) en
Albert (Gray, red.) leverden dan elk hun bijdrage en
Robert orkestreerde alles zodat onze sound niet zou klinken als
witte noise. Uit die sferen evolueerden dan geleidelijk echte
songs. Bij het ene nummer duurde het al langer dan bij het andere,
maar dat was het patroon waarmee we werkten. De grootste uitdaging
was echter om tot een resultaat te komen waarmee iedereen vrede kon
nemen.
Kleine paaseitjes
enola: Wanneer je naar de plaat luistert, voel je de geesten
uit de luidsprekers kruipen. Beseften jullie hoe angstaanjagend de
band klonk tijdens het opnameproces?
Ezer: Bedankt voor het compliment! We zijn erg geïnteresseerd
in ‘koptelefoon’-muziek en dat effect wilden we ook bereiken met
‘Spirit’. De plaat moest vol subtiele nuances zitten, kleine
paaseitjes als het ware. Dat mensen dan ook op een krachtige manier
reageren op onze muziek, is gewoon fantastisch.
Robert: Het is vreemd dat vele mensen de plaat als akelig
ervaren want voor ons voelt het niet zo aan. De eerste demo’s van
de songs klinken trouwens compleet anders. We hebben het gevoel dat
we geleid worden door iets groters. Tijdens dat proces fungeren we
als een derde partij. Er bestaat een perfecte mengvorm van songs,
gevoelens en landschappen en daaruit proberen wij een ruwe vorm te
beeldhouwen. Ik wil niet pretentieus klinken, maar beter kan ik het
niet omschrijven.
enola: Neurosis heeft ooit beweerd dat ze nooit een
optimistische plaat zouden kunnen maken. Heeft Apse het in zich om
muziek te creëren die eerder zou passen als soundtrack bij David
Lynch’ ‘The Straight Story’ in plaats van bij ‘Lost
Highway’?
Ezer: Ja, ik denk dat we over het potentieel beschikken om
zoiets te doen. We zijn immers beïnvloed door zoveel verschillende
elementen. De bands waarnaar we het meest luisteren op een bepaald
moment zullen altijd hun weg vinden naar onze nummers. De
mogelijkheden zijn dus eindeloos. Ik weet niet of we ooit een
typisch americana-album zullen maken, maar ik zou het ook niet
uitsluiten. Ons beperken tot een enkele stijl, lijkt me nog veel
lastiger voor ons.
enola: ‘Spirit’ klinkt heel intens. Was het een moeilijk album
om op te nemen?
Ezer: Het schrijven van de muziek was veel lastiger dan het
opnameproces. Tijdens het schrijven verloren we een van de
stichtende leden van Apse, Ryan Todd. Na zijn dood wisten we niet
meer hoe het verder moest, maar we zijn uiteindelijk toch nieuwe
muziek beginnen te maken. De periode tussen het begin van het
schrijven en het punt waarop we de nummers aanvaard hadden, was erg
tumultueus en er zijn heel wat lange e-mails over onze collectieve
onzekerheid aan te pas gekomen. Daarna ging alles relatief
vlotjes.
Robert: Ik was de voornaamste oorzaak van die lange mails. Er
was onzekerheid, maar tegelijkertijd waren we opgetogen over de
nieuwe openheid binnen de band. Het opnameproces was ook erg
opwindend. Ezer en ik hebben ons jaren met het mixen beziggehouden.
Net als de band zijn creatieve geschiedenis heeft, hebben wij de
onze op het vlak van productie. We probeerden ook telkens nieuwe
dingen uit.
enola: In hoeverre is de sound van Apse beïnvloed door de
persoonlijke geschiedenis van de bandleden? Het lijkt er immers op
dat het leven in het Amerikaanse suburbia niet eenvoudig
is.
Ezer: Elke band heeft zijn persoonlijke bagage. In het
Amerikaanse suburbia is het op zich niet lastig om te leven, maar
je kan mensen moeilijk motiveren om iets te gaan doen. Het is
gevaarlijk om te stagneren en verteerd te worden door verveling en
lethargie. Videospelletjes spelen, jezelf in slaap zuipen om dan
wakker te worden met het besef dat je je leven haat, is daar niet
ongewoon. Als je boven die levensstijl kan uitstijgen, is dat
fantastisch. Dat proberen we dan ook te doen.
Hard, stevig en ruw
enola: De zangpartijen op de plaat lijken wel uit onbekende
dieptes van het lichaam te komen. Hoe heb je die vocale stijl
ontwikkeld?
Robert: Ik heb in mijn jeugd veel naar zangers geluisterd die
zich van een falsetto bedienden, dus de hogere regionen van de
toonladder opzoeken was een natuurlijke evolutie voor mij. Ik heb
nu ook leren zingen vanuit het diafragma en niet enkel vanuit de
keel. Ik ben geen getrainde zanger, maar ik heb hard aan mijn
zangpartijen gewerkt want het is de eerste keer dat we zoveel
vocalen in een plaat verwerkt hebben. Velen zeggen dat de eerste
take altijd de beste is, maar daar ben ik niet mee akkoord. Het
vergt veel werk en tijd om de stempartijen te krijgen zoals ik ze
wil want met mijn toonhoogte is het niet eenvoudig om steeds de
juiste toon te houden. Soms verlang ik naar de tijd dat ik nog
enkel gitaar speelde. Ik ben dol op de basgitaar want het is het
eerste instrument dat ik leerde te bespelen. Je kan gerust stellen
dat ik een haat-liefde verhouding heb met m’n rol als
zanger/percussionist.
enola: De shows van Apse zijn hypnotische rituelen. Is het
moeilijk om diezelfde intense atmosfeer telkens weer op te
roepen?
Robert: Het is niet eenvoudig om alles naar onze zin te
krijgen, zeker niet tijdens de eerste optredens van een tournee. We
zijn een band die moet opwarmen en langzamerhand moet wennen aan de
songs en de setlist. Velen vinden ons live een veel zwaardere band
en daar zijn we wel blij mee. Een band moet live anders klinken dan
op plaat, anders kan je evengoed een iPod door de luidsprekers
laten knallen en ondertussen in je hotelkamer naar de televisie
staren.
Mensen die naar ons komen kijken, verwachten vaak een Sigur
Rós-achtige ervaring. Wij zijn ook atmosferisch, maar op een veel
zwaardere manier. Ik heb al mensen zien moshen tijdens onze shows
en dat zie ik bij Sigur Rós niet onmiddellijk gebeuren. Onze muziek
is erg spiritueel en menselijk, dus ik zie veel liever mensen
bewegen dan een bende intellectuelen die onze songs zitten te
ontcijferen. Sommigen vinden dat we te ruw zijn live, maar dat is
jammer voor hen. Als je postrock wil zien, moet je naar Mogwai gaan
waar je crescendo na crescendo over je heen krijgt. Ik respecteer
die band, maar Apse is, zoals je zei, veel meer een ritueel dat je
heen en weer trekt. Het moet hard, stevig en ruw zijn.
Hasselts klokkengelui
enola: Jullie toeren vaak in Europa. Hou je van dit continent
of is jullie fanbase gewoon groter hier?
Ezer: Ik ben dol op Europa. De grootte van onze fanbase in
Europa varieert, maar het is zo leuk om door het continent te
reizen. Je muziek mogen brengen in het buitenland is ongelofelijk
opwindend en je leert nieuwe culturen kennen. Tegen je landgenoten
kunnen zeggen dat je doorheen Eurpa toert is trouwens ook veel
indrukwekkender dan de Oostkust van de VS af te dweilen.
enola: Reageert het Europese publiek anders op Apse dan het
Amerikaanse?
Ezer: Het lijkt erop dat het Europese publiek ons een
warmer hart toedraagt dan het Amerikaanse. Hopelijk kunnen we in
Amerika nog een ommekeer bewerkstelligen. Velen stellen me de vraag
wanneer we weer in de VS zullen toeren, maar dat is moeilijk te
zeggen. Het is niet eenvoudig om een grote tournee door Amerika te
ondernemen. Je wordt weinig betaald, je moet zelf voor onderdak
zorgen en de afstanden tussen verschillende shows zijn enorm.
enola: Jullie hebben onlangs op Pukkelpop gespeeld en straks zijn
jullie te zien in Hasselt, Brussel en Kortrijk. Is België een
bijzonder land voor jullie of zijn het enkel de frieten, wafels en
chocolade?
Robert: België is een erg speciaal land voor ons. Jasper
Wentzel (van Bang!, red.) heeft erg hard gewerkt om ons
naambekendheid te geven en dat heeft z’n vruchten afgeworpen. We
hebben onze grootste schare fans in België en onze plaat is er ook
het meest besproken. Moesten we in elk land zo groot zijn, zouden
we zonder problemen van onze muziek kunnen leven en dat blijft toch
een doel voor ons.
Ezer: Ironisch genoeg ben ik in België het zatst geweest
van Ricard en niet van bier. Iedereen die in de buurt van de 4AD
rondhing na onze laatste show in Diksmuide zal wel weten waarover
ik het heb. Een krachtige substantie, Ricard!
M’n favoriete stad in België is Hasselt. We hebben er vier dagen
rondgehangen voor Pukkelpop en ik heb enkele mooie opnamen kunnen
maken van klokkengelui van enkele Hasseltse kerken. Ze zullen
misschien niet op onze volgende plaat belanden, maar waarschijnlijk
wel op een paar kleinere projecten waarmee ik bezig ben. We kijken
er erg naar uit om naar België terug te keren op het einde van
oktober!
Spirit
is uit bij Acuarela/Bang!
Apse speelt op 31 oktober 2007 in Muziek-o-droom Hasselt, op 1
november in de AB Brussel en op 2 november in De Kreun,
Kortrijk.