Klassieke muziek heeft net zoals alle andere kunstvormen haar rebellen en stijlbreuken gehad. Veel van wat heden ten dage als aangenaam of zelfs gezapig gepercipieerd wordt, was ooit vernieuwend of zelfs aanstootgevend. Het blijft dan ook vreemd om je tweehonderd jaar later in te beelden dat iets wat voor sommigen oubollig klinkt, ooit spannend was.
In de twintigste eeuw kon er evenwel een nieuwe en interessante breuklijn worden ontwaard, niet in de laatste plaats dankzij de technologische ontwikkelingen waardoor de behoefte aan een reële weerspiegeling steeds minder noodzakelijk was. Moderne componisten braken uit het keurslijf en schreven atonale, seriële of gewoon van de pot gerukte muziekstukken die de waanzin van de wereld dienden weer te geven. Het waren études, vaak opgebouwd rond één instrument dat tot op het bot ontleed werd en ontdaan van elke herkenbare klank.
De Amerikaanse cellospeler Aaron Martin gaf aan de Nederlandse Rutger Zuydervelt, beter bekend onder de naam Machinefabriek en om de onophoudelijke stroom aan releases, een improvisatiestuk voor cello zodat deze er zijn gang mee kon gaan. Het resultaat, "Cello Recycling", werd oorspronkelijk gebruikt door een kunstgalerij. Maar Martin nam daarna op zijn beurt het stuk van Zuydervelt onder handen en bracht een derde versie naar buiten, "Cello Drowning".
Op het album Cello Recycling | Cello Drowning worden, conform de titel van de plaat, de twee versies naast elkaar geplaatst. Machinefabriek mag logischerwijze de spits afbijten. De elf en halve minuut durende song speelt met de lage cellotonen, die op zich al een dronekarakter hebben, en rekt deze verder uit tot ze haast onaardse en onherkenbare klanken vormen. De natuur van de cello en zijn typische klank worden dan ook volledig hervormd. Wat overblijft is een lang uitgesponnen track die een verstikkende atmosfeer oproept waarin alles log en langzaam naar een einde toevloeit.
Wie het eclectische karakter van Machinefabriek kent, weet hoezeer deze Nederlander graag de verschillende emoties en klankkleuren aftast en geen enkel gevoel schuwt. Martin vertrekt vanuit die duisternis maar dompelt het nummer onder. De song start even verontrustend maar laat van bij de start veel meer variatie in het geluid toe. "Cello Drowning" is echter niet zozeer een ontkenning van "Cello Recycling" als wel een uitdieping van het thema. Machinefabrieks duisternis krijgt hier een nieuwe invulling, inclusief hoorbare cellopartijen, zonder dat er van hoop sprake kan zijn.
Cello Recycling | Cello Drowning is een korte plaat geworden, nauwelijks twintig minuten lang, en dat is eigenlijk wel jammer. Martin en Zuydervelt lijken immers schitterend op elkaar ingespeeld te zijn in deze dialoog waarbij elk de ander van antwoord dient. Jammer genoeg is het originele stuk niet toegevoegd terwijl dit van de e.p. een intrigerend drieluik had kunnen maken. Het zijn echter spijkers op laag water die alleen maar aantonen hoezeer Cello Recycling | Cello Drowning een prachtalbum geworden is vol ontregelende sferen die uitnodigen tot een volwaardige plaat.