Ze omschrijven zichzelf als indierock, maar hun muziek reikt veel verder dan dat. Melancholische zigeunermelodieën, hartverscheurende ballades en opzwepende ritmes: welkom in de wereld van, uit het Russisch vertaald, een jong meisje.
Maar zeg gerust Devotchka, een band die u misschien kent als openingsact van The Dresden Dolls of als dat vreemd gezelschap dat op de jongste editie van Pukkelpop “Venus In Furs” een gipsybehandeling gaf of, als u al eens via internet een cd bestelt, van het fantastische How It Ends.
Deze vierde plaat van dit Denverse gezelschap verscheen alweer in 2004, maar omdat globalisering niet feilloos blijkt te zijn, ligt de plaat hier nu pas in de winkel, een feit dat best jammer is. Maar het moet gezegd dat aan How It Ends absoluut niet te horen is dat het album reeds vier jaar oud is, waarmee Devotchka meteen het zog van de bands die in 2004 platen uitbracht, weet te ontstijgen.
De zekere mate van tijdloosheid die Devotchka op How It Ends en zijn andere drie langspelers aan de dag weet te leggen, is grotendeels een gevolg van de muzikale paden die door het viertal bewandeld worden. Rootsmuziek uit de Balkan en Griekenland wordt vermengd met mariachi-invloeden en, wonderlijk genoeg, tot een indrukwekkend geheel versmolten. Al lijkt de band open te staan voor zowat alles dat zich aandient, getuige “Charlotte Mittnacht”, een soortement cover van het themanummer van “Amélie Poulin”.
In een poging om er een allesomvattende term op te plakken, is het misschien nog het eenvoudigst om de muziek van Devotchka te omschrijven als zigeunermuziek. “Such A Lovely Thing” klinkt in ieder geval zoals je verwacht dat zigeunermuziek hoort te klinken: opzwepende ritmes, een bij momenten droevige accordeon en vocalen die getuigen van veelvuldige ervaringen met gebroken harten. Met de nodige tempowissels klinkt het in ieder geval bijzonder aanstekelijk én het gaat recht tot op het bot.
Al is het soms even wennen aan het eigen geluid van Devotchka. “Viens Avec Moi” klinkt als een kruising tussen Serge Gainsbourg, Calexico en de flard muziek die her en der opduikt wanneer je tussen de waarzegsters, vrouwen met baarden en onheilsprofeten zigzagt op zoek naar die ene ware. Die zoektocht komt overigens betrekkelijk vaak aan bod op How It Ends, maar zonder dat al dat liefdesverdriet begint te vervelen: dit is immers muziek die gemaakt is om recht naar de keel te grijpen, en dat doet ze ook: “This Place Is Haunted” geeft je echt een beklemmend gevoel en de titeltrack mag dan op een subtielere manier dan Arcade Fire van een orgel gebruik maken, het resultaat klinkt net zo overweldigend.
Gezien de kwaliteit van het werk van Devotchka kan het gerust als een wandaad beschouwd worden dat hun platen alhier met een serieuze vertraging in de winkelrekken belanden. Devotchka immers, is het soort groep die je, als je ze eenmaal hebt leren kennen, aan het hart drukt en waarbij je naar elke nieuwe plaat uitkijkt als een kleuter naar het verschijnen van de Kerstman. En zo is dat maar net met How It Ends.