Bohren & der Club of Gore is een van de meer excentrieke
bandnamen in het muzieklandschap, en een van de weinige groepen die
zich beweegt in het al even excentrieke genre dat soms “doom jazz”
of “noir jazz” genoemd wordt, een crossover tussen ambient, doom
metal en jazz. Het Duitse kwartet heeft binnen die niche een haast
mythische reputatie als pionier en wegbereider, en hun muziek wordt
vaak omschreven als lynchiaans,
aardedonker en overlopend van sfeer.
In het kader van het T:me-festival in de Vooruit haalde Mauro Pawlowski Bohren
naar Gent, in een nagenoeg helemaal verduisterde zaal, waar het
enige licht afkomstig was van piepkleine lampjes boven de micro’s,
die de vier bandleden een spookachtig, ontlichaamd aanschijn gaven
(ze waren nog eens in zwarte smokings gekleed ook), en hier en daar
een oplichtende sigaret in het publiek. Na hun eerste nummer, dat
wat ongelukkig klonk in de slechte akoestiek van de zaal, en voor
een live-optreden wat aan de lange kant was, liet Bohren al snel
zijn oude doom-verleden links liggen en legden ze zich toe op hun
jazzier nummers.
Vanaf het tweede nummer tot het einde was het optreden van Bohren
hallucinant sterk. Het kwartet slaagt erin enorm complexe, trage en
ritmische muziek eenvoudig en aangrijpend te doen klinken. Het
nagenoeg volslagen duister dompelde iedereen onder in een universum
van verlaten cafés aan de stadsrand, slaapwandelaars, lucide
dromers of eenzame, voor zich uit starende rokers en drinkers. De
slepende ritmes en de virtuoos bespeelde saxofoon, het enige echte
lichtpunt in het donker, lieten geen twijfel bestaan over de
fundamentele eenzaamheid en angst die achter het menselijk bestaan
zit.
Zoals de allerbeste donkere muziek, zorgt Bohren met zijn nummers
voor een catharsis. Midtempo songs als ‘Constant Fear’ of trage
slepers als ‘Prowler’ nemen het publiek enkele minuten mee in een
universum vol stille, angstige en duistere gedachten, maar omdat
Bohren zich met zijn nummers op dat punt in de nacht bevindt waar
het het donkerst is, komt er op het einde altijd licht. De hooguit
zeventig man die was komen opdagen, kroop samen met de
verontrustend klamme, gitzwarte nummers mee door het oog van de
naald, en bedankte Bohren uitgebreid.
Frontman Morten Gass sprak niet veel, en dan nog stil en wat
aarzelend: “The next song we’re going to play is, um, it’s
about the night. And, um, it’s about, um, a wolf. It’s called, um,
Nightwolf.” Kurkdroge Duitse humor. Omdat hij zo spaarzaam was
met zijn woorden, klonk ook zijn bedanking voor het publiek
oprecht. Hij eindigde met het advies “stay cool, stay
loose”, en het klonk uit zijn mond niet als een belachelijke
hyperbool of loze praat. Wie Bohren nog niet kent, moet dat
dringend eens gaan doen.
Officiële site: http://www.bohrenundderclubofgore.de