Het afscheid van Joel en Clementine in Eternal Sunshine of the
Spotless Mind, de laatste omhelzing van Bob en Charlotte in
Lost in
Translation of de vader en zoon-reünie in Finding Nemo: wat hebben
deze filmfragmenten gemeen? Ze zouden de perfecte visuele compagnon
zijn van het dramatische pareltje waarmee Aereogramme de eerste
echte topplaat van 2007 heeft afgeleverd. ‘My Heart Has A Wish That
You Would Not Go’ bulkt van de onbeschaamde, pijnlijk eerlijke
melancholie die de titel doet vermoeden. De pruttelende moerassen
van voorheen worden weggespoeld door een waterval aan oprechte
emoties die hartverscheurend en prachtig is tegelijkertijd. The
Smiths zonder sarcasme, Sigur Rós met teksten
waar we iets mee zijn of Pink Floyd na een ontwenningskuur van hun
prog-verslaving: het zijn slechts onvoldragen omschrijvingen van
het bombastische klankentapijt waarin deze Schotten hoop, heimwee
en verlies met elkaar verweven. Nooit was op de traanklieren mikken
zo natuurlijk en oprecht.
Wie graag toefde in de onvoorspelbare, bijna Lynchiaanse
droomrealiteit van Sleep and Release zal
raar opkijken bij een eerste luisterbeurt van deze plaat.
Aereogramme schiep op hun vorige full-cd een ongeziene Alice in
Onderland-wereld waar slijpschijf-gitaren, dreunende beats,
meeslepende strijkers, melodieuze zang en getergd gekrijs naar de
aandacht van de verwarde luisteraar dongen. Op deze plaat is het
rottende vlees echter weggeschuurd en wat overblijft is uitgebeende
wanhoop en verlangen. ‘May your days be golden’ zingt
Craig B in de bijna ondraaglijk emotionele afsluiter ‘You’re Always
Welcome’, goed wetende dat de bezongene niet op haar stappen zal
terugkeren. Vanuit hun persoonlijke Hades steken de Schotten een
hand uit naar geluk en innerlijke rust, maar de witte vlag van het
leven blijft onbereikbaar. Het maakt deze tien bloedmooie
smeekbeden er alleen maar meeslepender op.
De nieuwe sound van Aereogramme mag dan wat verrassend zijn, de
vloedgolf van pathos vol grootse strijkers, gitaren en synths komt
ook niet als een donderslag bij heldere hemel. ‘The Black Path’ op
Sleep and
Release bewees al hun vermogen om met duistere weemoed de strot
van de luisteraar dicht te knijpen en de gitaardreiging zwemt ook
op deze plaat als een mensenhaai rond in de gevoelszee van de band,
wachtend op een bloedspoor. Zo rijt de mistral van glaciale gitaren
in opener ‘Conscious Life For Coma Boy’ onze kritische
ingesteldheid (even) aan flarden en kondigt een akoestische gitaar
in ‘Living Backwards’ een onverwacht vocaal theaterstukje aan
tussen melodieuze zang en het gebrul van een woest Grieks
koor.
Ondanks enkele verschroeiende gitaarpartijen valt vooral het
eengemaakte geluid en de houvast van een constante stijl op. De
weidse, bijna symfonische melancholie heerst over het aardse
gebeuk. De voorhamer van de distortion is niet nodig om de dijk van
reserves te breken, de golf van emoties is meer dan krachtig
genoeg. ‘Exits’, ‘Trenches’ en ‘Barriers’: het zijn stuk voor stuk
krachtige omarmingen en verwerpingen van de eenzaamheid. Het is
echter het ironisch getitelde ‘A Life Worth Living’ dat de kroon
spant: ‘Oh sweet emptiness/fill my cup/watch it overflow and
flood my soul’, laat Craig B door de woonkamer galmen terwijl
de bombastische klanken tevergeefs naar een thuis zoeken.
Paradoxaal genoeg moesten we meer wennen aan deze plaat dan aan het
wrange, onvoorspelbare Sleep and Release. Het
leed was te nadrukkelijk, we maakten enkele buitelingen in de
draaikolk van pathos en we misten de occasionele oerkreet waar
Tom Araya
goedkeurend bij zou knikken. Na enkele luisterbeurten blijkt deze
opvolger echter even verslavend en onweerstaanbaar te zijn. De
overweldigende gifbeker-melancholie kan zelfs de grootste cynicus
een krop in de keel bezorgen en alle initiële weerstand blijkt
zinloos. Niet te missen!