“Deze plaat gedijt het best op een zomeravond met onweer”, zei Chantal Acda tijdens ons vorige interview over de laatste plaat van haar band Chacda. Laat het de avond van dit gesprek net zo’n zomeravond zijn, waarop donderslagen als ’s zomers langgerekte boeren klinken. Toch praat ze nu vooral over haar soloproject Sleepingdog, waarmee ze uiterst intieme liedjes heeft uitgebracht die ze gezworen had voor zichzelf te houden, wegens “veel te persoonlijk”. Gelukkig is ze op dat idee teruggekomen.
enola: … maar waarom?
Acda: "Tja, toen ik deze nummers schreef, was de plaat van Chacda net uit. Dat was een héél zware periode voor mij — eigenlijk te zwaar. Daarna ben ik met Sleepingdog gestart, om dat hoofdstuk af te sluiten. Op een gegeven moment had ik wel veertig liedjes af, en toen dacht ik al: "Ik wil daar echt niets mee doen." Dat heb ik lang gehad hoor, eigenlijk tot net vóór de plaat uitkwam. Sommige mensen die ik ken, liet ik wel stukjes horen, waarop ze me aanspoorden dat uit te brengen. Als ik daarop zei dat iedereen dan zou weten wie ik ben, lachten ze dat weg. Ze zeiden dat dat nergens op slaat omdat iedereen daar toch zijn eigen verhaaltje bij verzint. Dan ben ik ook gaan nadenken, tot ik in een heel impulsieve actie die liedjes dan toch heb vrijgegeven."
enola: En hoe voel je je nu?
Acda: (lacht) "Nu voel ik me goed, maar na mijn cd-presentatie in de AB absoluut niet. Dat was héél moeilijk. Toen heb ik daar tot net voor het optreden gezeten van "ik ga het niet doen, ik ga het niet doen". Dat was wel scary. Het is allemaal in je eentje, dat is zo anders. Er is niemand op wie je kan terugvallen, in tegenstelling tot Chacda. Daarin zitten muzikanten die hun ding gewoon goed doen, zodat ik daar lekker op kan leunen."
enola: De titel is dan ook niet toevallig gekozen. Je geeft jezelf echt wel bloot.
Acda: "Ja. Mensen hebben misschien wel door dat ik me kwetsbaar opstel, maar ze weten toch niet waarover ik zing. En als ze dat dan vragen, kan ik daar moeilijk op antwoorden. Ze zijn zó spontaan geschreven. Ik heb echt geen enkele tekst volledig uitgeschreven, ik ben gewoon gaan zingen en spelen, bijna alles is in één take opgenomen. Alles komt gewoon als een stroom uit een poel diep in mij. Dat maakt het zo persoonlijk. Ik heb over bijna niks echt nagedacht."
enola: Je werkt her en der met computer- en andere geluidjes. Zit daar toch geen beredeneerd knip- en plakwerk achter?
Acda: "Weet je hoe dat bij mij gaat? Ik kan helemaal niet met computers werken. Ik neem iets op, wat een file op mijn computer wordt. Daar knip ik dan, al dan niet per ongeluk, een stukje uit, neem er dan iets over … En als dat goed klinkt, komt het op de plaat terecht. Daar komt echt veel toeval bij kijken. Ik ga naar mijn kelder, pak mijn gitaar of iets anders, speel iets, dan speel ik een laag daarover en daarover nog een laag … Een half jaar later pik ik dat dan weer op, probeer ik wéér enkele nieuwe dingen uit en zo gaat het altijd maar verder. En dat allemaal met het idee dat niemand anders het ooit te horen zou krijgen. Mocht ik dat op voorhand wel bewust geweten hebben, hadden sommige dingen misschien wel anders geklonken."
enola: Zou het echt zo’n groot verschil maken?
Acda: "Bij mij is het helemaal niet de vraag of ik muziek moet uitbrengen voor een ander. Dat is heel egoïstisch, maar ik moet gewoon muziek maken voor mezelf. Als ik dat niet doe, word ik gek, dan voel ik me zo raar … Daarom ben ik ook wel een beetje bang voor de volgende plaat. Als je weet dat je je werk gaat uitbrengen, ga je toch meer nadenken — "Goh, ik zal toch maar een goede microfoon gebruiken", of zo. Ik gooi echt alles in mijn muziek waar ik niet over praat met mensen, en als ik dan even wat muziek heb gemaakt, voel ik me weer heel erg fijn. Dat is gewoon een drug, ik doe dat puur voor mezelf."
enola: Is jouw muziek dan een tegengewicht voor het oppervlakkige van elke dag? Zoals je hier nu zit, ben je weer lacherig en vrolijk, terwijl je op je plaat zwaarmoedigheid ventileert.
Acda: "Ik heb in een heel grote mate twee kanten — zoals bijna iedereen dat heeft, denk ik. In mijn muziek toon ik veel meer kwetsbaarheid dan aan veel mensen, omdat ik mensen niet snel vertrouw. Als ik iemand echt vertrouw, herkent die mij ook wel in mijn muziek. Ik ben heel voorzichtig met mensen. Je moet je op een bepaalde manier tegen mensen gedragen zoals mensen zeggen dat je je tegen elkaar moet gedragen, en dat is net waar het voor mij moeilijk wordt."
enola: Aan de ene kant lijk je zo wantrouwig tegenover de wereld, aan de andere kant kom je steeds weer heel sociaal over.
Acda: "Ik ben nog helemaal niet uit die tegenstelling in mezelf. Aan de ene kant heb je gelijk, aan de andere kant ga ik echt door een vuur voor de mensen die ik om me heen heb en vertrouw. Ik laat bijna nooit iemand vallen, ik hou heel erg van mensen, maar ik kan tegelijkertijd zo gekwetst worden door oppervlakkigheid en door wat mensen elkaar kunnen aandoen … Er zijn zoveel etiketten tegenwoordig. Als je opgroeit, moet je zus of zo doen tegen elkaar, de wereld zit zo in mekaar … En ik snap dat heel vaak niet. Ik begrijp gewoon niet waarom mensen iets niet leuk vinden of op een bepaalde manier met elkaar omgaan. En daardoor hunker ik vaak wel eens naar die bepaalde eenvoud die kinderen en dieren ook hebben in hun communicatie. Dat is heel makkelijk en puur in plaats van al die regeltjes en manipulaties waar mensen zich aan moeten houden. Waarom altijd zo moeilijk doen?"
enola: Je dweept inderdaad volop met je kindertijd op Naked In A Clean Bed. Dat blijkt al uit het hoesje met tekeningetjes, een foto van jou als klein meisje, een cover die lijkt op het bloemetjesbehang van een kinderkamer …
Acda: "Precies, dat vind ik ook zo fijn. En dat had ik in mijn keldertje, want er was gewoon niks waar ik aan moest denken, hoe ik iets moest zingen. Er was gewoon niets. Ik kon heel spontaan impulsieve dingen doen, zoals een kind denkt en roept: "Nu wil ik een knikker, nu wil ik touwtjespringen." Dat springerige vind ik nou net zo leuk."
enola: Je verwees daarnet al naar je band met dieren. Je bedankt je dieren ook expliciet in het hoesje.
Acda: "Mijn paardje en mijn pony spelen een hele grote rol in mijn leven. Ik heb mijn hele leven al iets met paarden. Het gebeurt vaak dat ik na het paardrijden thuiskom met een hele hoop ideeën voor songs. Zo’n rit is eigenlijk een tussenfase tussen de grote boze wereld en mijn kleine fijne kamertje."
enola: Toch heb je vlug de neiging om in die boze wereld alles op tafel te gooien?
Acda: "Ik ken moeilijk mijn grenzen, wat heel lastig is. Dat had ik ook toen ik Sleepingdog uitbracht. Er zijn inderdaad wel mensen die me louter kennen als de feestende, zuipende Chantal, en dat ben ik ook wel, dat is niet nep. Maar voor sommige mensen gaat dat niet verder. Die zijn echt wel geschrokken toen ze de plaat hoorden. Praat dan met me, denk ik dan, leer me echt kennen."
enola: Er is een groot verschil tussen praten en pr´ten.
Acda:"Wel, daar zit mijn hele probleem juist. Ik weet niet zo goed wanneer iemand de grens oversteekt van een kennis naar een vriend, aan wie je dan echt dingen moet en kan vertellen. "Volg je gevoel", zeggen ze dan, maar mijn gevoel is gewoon naïef."
enola: Dat naïeve komt ook terug in je muziek. Je gebruikt en experimenteert bijvoorbeeld met allerhande kinderinstrumenten. Bij Chacda wordt dan weer geëxperimenteerd met het geluid van een dure Chinese vaas. Is dat het grote verschil tussen beide?
Acda: "Precies! (lacht) Oh ja, zet mij op een rommelmarkt en ik koop zo’n kraam vol kinderprullaria helemaal leeg. Bij Chacda zijn ze gewoon wat serieuzer denk ik, of meer volwassen. Ik ben heel erg impulsief. Dat is ook een grote frustratie voor alle mensen waar ik al mee heb samengespeeld. Als ik een stukje heb opgenomen, zeg ik heel vaak: "Oké, klinkt goed, laat maar zo". Ik doe alles het liefst gewoon in één take, al klinkt mijn stem hier en daar niet perfect, of is er ergens een klein foutje in geslopen. Anders ga je erover tobben, dat is een probleem. Ik wou soms echt dat ik technischer was, dat ik echt kon nadenken om iets goeds neer te zetten, maar dat lukt me niet."
enola: Muziek mag voor jou niet te beredeneerd zijn?
Acda: "Toch zijn er groepen die dat heel goed doen. Op Werchter hebik Tool gezien. Sorry hoor, maar voor mij stelden al die andere groepen daarna niks meer voor. Echt niet. Tool is supertechnisch, maar die muzikanten kunnen dat, ik weet van mezelf dat ik dat nooit zal kunnen."
enola: In welke mate speelt je dat parten? Frustreert dat jou?
Acda: "Kijk, ik heb enkele maanden geleden met Daniel Johnston gespeeld in Parijs. Ik wist, erg genoeg, niet wie hij was, maar na de soundcheck kwamen de traantjes al in me op. Zó mooi. In die periode dacht ik echt regelmatig aan stoppen, ik voelde me erg onzeker omdat ik dacht dat ik niets echt goed kon, geen enkel instrument goed kon bespelen. Hij heeft dat helemaal omgegooid. Hij heeft enkel zijn gevoel, dat zijn pure emoties. Technisch gezien kan hij niets, en daardoor kan hij zoveel meer dan wie ook! Hij is sociaal niet makkelijk: hij keek de hele dag niemand aan, zei werkelijk niks … Maar na mijn optreden kwam hij naar me toe en hij was echt geëmotioneerd door wat ik had gedaan. Hij gaf me een hand, keek me zowaar aan en zei: "You did something really special." Nou, daar was ik echt niet goed van. En als ik nu eens onzeker ben, denk ik daar aan."
enola: En wat als je je door zeer technische lui zou laten omringen? Zou die onzekerheid dan niet verminderen, of voelt die muziek dan niet meer aan dat ze van jou is?
Acda: (denkt na) "Moet dat wel, denk ik dan, als dat impulsieve net mijn kracht kan zijn? In Nederland heb ik een project gedaan voor November Music met jazzmuzikanten die liedjes van Blimey uitvoerden. Die zijn echt heel technisch, terwijl ik de enige was die geen muziek van een blad kon lezen. Maar het is me wel gelukt om hen allemaal achter me te krijgen, omdat ik erin slaagde een nummer heel spontaan te zingen. En als je dat van zulke mensen gedaan krijgt, kan ik toch iets goeds doen. Ik heb me daar zo lang onzeker over gevoeld, ben zo vaak omringd geweest door mensen die alles gewoon supergoed kunnen. En eigenlijk kluns ik maar wat aan, maar misschien moet het zo wel, in plaats van te blokkeren door te panikeren dat ik sommige dingen niet kan. Nu besef ik dat ik echt wel mijn ding kan doen en dat voelt goed."
enola: En jouw ding is eigenlijk muzikale tristesse, hoe blij je je ook voelt?
Acda: "Mijn liedjes blijven altijd wel melancholisch klinken, dat ben ík gewoon. Ik leef me dan echt in dat ik nog een kindje ben en zo … Ik zal nooit echt blije dingen maken. Ik probeer dat echt hoor, maar het lukt me gewoon niet."
enola: Heb je dan geen schrik dat je zo vastgeroest geraakt in een verwachtingspatroon van mensen? Dat er van beide kanten gewenning optreedt?
Acda: "En daarom ben ik op dit moment bezig met r&b-liedjes voor Chacda! (hilariteit) Ik meen dat serieus. Ik ben echt aan het experimenteren met elektronica, ik heb instrumenten gekocht die een vrolijkere inslag kunnen geven, terwijl ik met mijn stem alles nog zal kunnen doen wat ik wil. Misschien wordt de omgeving daaromheen minder donker. Ik voel me gewoon een stuk beter, ik heb gewoon zin om meer van die moddergeile "ooh baby, take me"-liedjes te maken. (lacht)"
enola: De puzzelstukjes in je hoofd passen stilaan beter in elkaar?
Acda: "Ik ben altijd heel hard voor mezelf geweest, altijd meer en beter, harder, anders voelde ik me zwak. Tot mijn neef zelfmoord heeft gepleegd, precies een jaar geleden nu eigenlijk. Dat was echt omdat hij gevoelig was, hij snapte veel dingen niet. Hij had het gevoel dat hij hier niet mocht zijn. Dat gevoel heb ik eigenlijk ook wel veel. Maar op dat moment heb ik echt tegen mezelf gezegd dat ik wel dingen kan, dat ik rustiger mag leven, dat ik kan leven van dag tot dag en dat ik niet met een planning bezig moet zijn om te zien wat ik op een bepaalde leeftijd bereikt heb. Ik ben eindelijk minder moe in mijn hoofd."