Juicht ende jubelt, de Foo Fighters zijn er met een nieuwe — een dubbelaar in onze eer nog wel. Zo dachten we aanvankelijk toch, want die hoerastemming sloeg al gauw om. Misschien waren we meer geweest met een subtiel complimentje dan met deze bombastische liefdesverklaring.
De Foo Fighters zouden hun hoogsteigen Dark Side Of The Moon uitbrengen: het referentiepunt voor een nog ongeboren generatie. Een gewaagde doelstelling die ze duidelijk kost wat kost wilden bereiken: prompt bouwden de heren eigenhandig een kast van een studio en voor het eerst werd er zelfs rekening gehouden met een mogelijke verdere samenwerking na het opnameproces. Een gebrek aan drive kan hen dus alleszins niet aangewreven worden. Als het album ook maar een fractie van die gedrevenheid ademt, zit het best snor.
In Your Honour begint in elk geval goed met het pompende titelnummer. Dolle Dave en co doen geen moeite om dat o zo herkenbare geluid te verloochenen en geven na een onrustig opbouwende halve minuut een (gitaar)gedreven schop onder de kont van de nietsvermoedende luisteraar. De hele eerste helft van de dubbelaar klinkt zoals we de Foo Fighters ondertussen al vier cd’s lang kennen: catchy poprock aangelengd met een venijnig scheutje van die in het rond schoppende grofkorreligheid waar Nirvana in een vorige eeuw de muziekwereld mee op zijn kop zette. Jammer genoeg blijft diezelfde luisteraar wat op zijn honger zitten: hoewel In Your Honour niet echt ontgoochelt, blijft het wachten op de ommekeer die van het album het muzikale testament zou maken waar Dave Grohl het in interviews zo graag over heeft.
In Your Honour is immers vooral veel van hetzelfde. Correctie: de eerste cd is veel van hetzelfde. De Foo Fighters zijn er niet op veranderd: frontman Grohls hees raspende stem is opnieuw van de partij en ook de drums en gitaarpartijen rollen alweer enthousiast voorbij. Het slechte nieuws is dat de Foo’s ook nog steeds aan diezelfde kwaaltjes lijden: na de eerste vier nummers — de beste die de band ooit op de wereld losliet — gaat het steil bergaf met de songs, waardoor de hoop op echte verrassingen misnoegd verticaal geklasseerd mag worden en de luisterbeurt een langdradige uithoudingsloop wordt.
Het wordt dus vooral hopen dat het tweede deel van In Your Honour de nodige kentering brengt. Die tweede cd is het logische vervolg van de vonken die de akoestische uitvoering van een nummer als "Times Like These" live gaf, en ook met "Everlong" en "Aurora" bewezen de Foo’s al eerder dat ze best ook een net-niet-plakkerige maar toch pakkende popsong-met-haakje kunnen maken. Dat het brengen van akoestische nummers nooit een fulltime bezigheid is geweest valt er echter aan te horen. Hoewel opener "Still" best nog lustig voort meandert, komt daarna de eindeloze oceaan in zicht: de volgende vijf nummers zijn saaie concentratieoefeningen die de verveling- en lusteloze vertwijfelinggraad van de gemiddelde goniometrische integratie vervaarlijk benaderen.
De kwalitatieve haarspeldbocht komt er echter wanneer we net halfweg zijn: het fantastische "In The Mend" luidt een afsluitend vierluik in dat uitmunt in variatie. Puik singer-songwriterwerk, drijvend op nu eens overdonderend subtiele, dan weer ongemakkelijk mooie (met dank aan Queens Of The Stone Age’s Josh Homme) gitaarloopjes die probleemloos afwisselen met onvervalste zomerhits met potentieel. Ook Norah Jones komt haar verbluffende steentje bijdragen om zo voor een serieuze meerwaarde te zorgen.
Ook deze keer bewijst dat door ambitie of hoogmoed (u kiest zelf maar) geplaagde artiesten zo gevreesde cliché weer z’n relevantie: In Your Honour was als enkelcd een dijk van een album geworden, maar vertoont nu enkele spijtige barstjes. Geen nood om halsoverkop water te gaan dragen — er is immers nergens sprake van die vertrouwde "pompen of verzuipen"-mentaliteit waar nogal wat dubbels rijkelijk in gesopt zijn — maar wel reden om ons, iet of wat teleurgesteld, te realiseren dat onze verwachtingen misschien wel wat te hooggespannen waren. Als dit album inderdaad in onze eer gemaakt werd, is ons ego gestreeld. Maar eigenlijk hadden we stiekem op een hartverscheurende ode gehoopt.