



Kritikasters beweerden twee jaar geleden, met ‘Signs’ al dat M. Night Shyamalan maar één
soort film kon maken: de thriller met een twist op het einde. Met
‘The Village’ revancheert hij zich evenwel en toont de regisseur
dat al die mensen het mis hadden: dit is namelijk een thriller met
twéé twists op het einde. Een wereld van verschil, inderdaad. ‘The
Village’ werd vrijwel unaniem aan stukken gereten door de pers, die
eigenlijk al op de loer lag om hetzelfde te doen met ‘Signs’, maar daar schoorvoetend toch moest
toegeven dat het in feite nog niet zo’n slechte prent was. Ditmaal
was de ravage echter niet te overzien. Terecht? Gedeeltelijk.
Shyamalan is niet van de éne dag op de andere verleerd hoe je
spanning moet opbouwen of hoe je een camera moet bewegen – zijn
filmtechnisch vakmanschap staat ook hier als een paal boven water.
Maar het probleem dat je krijgt wanneer je alweer je vierde film
met een twist aflevert, is dat de mensen erop zitten te wachten, en
elke keer moet je met iets sterkers uit de hoek komen. Ditmaal kan
Shyamalan z’n belofte niet inlossen.
De plot speelt zich af anno 1897 in een klein dorpje ergens in de
bossen van New England. Het overigens naamloze stadje leeft geheel
afgesloten van de buitenwereld, onder de leiding van een raad van
ouderen en langs alle kanten ingesloten door een ondoordringbaar
woud. In dat bos leven Diegenen Waarover We Niet Praten,
mysterieuze wezens die ooit al verantwoordelijk waren voor de dood
van één van de inwoners van het dorp. Sindsdien hebben de mensen
echter een niet geheel comfortabele vrede gesloten met de boswezens
– ze blijven in hun eigen gebied en wagen zich niet in het woud. De
kleur rood is verboden aangezien dat de schepsels aantrekt. Diegen
Waarover We Niet Praten, op hun beurt, blijven in hun bos en vallen
de dorpelingen niet lastig.
Tijdens het eerste half uur krijgen we een indruk van hoe het leven
voor de dorpsbewoners eruit ziet: de algemeen aanvaarde leider van
de raad van ouderen (William Hurt), probeert alles in goede banen
te leiden, terwijl een blind meisje (Bryce Dallas Howard, dochter
van regisseur Ron Howard) verliefd wordt op de stille,
teruggetrokken Joaquin Phoenix. Verliefdheden, geheimen uit het
verleden, gebroken harten, huwelijken… Het leven gaat z’n
gangetje – tot er plots een aanval komt van Diegenen Waarover We
Niet Praten. Zoals de promotionele slogan van de film het zegt:
‘The truce is over’.
Dat is natuurlijk slechts het uitgangspunt van ‘The Village’, maar
in een Shyamalanfilm moet je altijd voorzichtig zijn wat je kunt
zeggen en wat niet. Het is in ieder geval veilig om u mee te delen
dat de schrijver/regisseur tijdens het eerste uur weer al z’n
gebruikelijke trucs uit de kast haalt, en met behoorlijk wat
effect: suggestieve camerabewegingen, een bos waar de mist altijd
laag boven de grond hangt, acteurs die rondlopen alsof ze onder de
Valium zitten, een onheilspellende sfeer en muziek die lijkt te
suggereren dat er op elk moment iets dwars door het scherm kan
springen om u bij de kraag te grijpen. Shyamalan is daar goed in:
suspense creëren zonder ook maar iéts te laten zien – in het geval
van ‘Signs’ keken we naar een
maïsveld en we huiverden. Nu probeert hij hetzelfde te doen met een
bos, en aanvankelijk slaagt hij daarin. Hij is een goed regisseur,
hij weet hoe hij z’n publiek moet bespelen en terwijl hij dat doet
vergeet hij nooit om z’n kadreringen in het oog te houden. Visueel
is hij erg zorgvuldig: de composities van z’n shots zijn vlekkeloos
en z’n montage is bijzonder spaarzaam: er zit geen cut teveel in
een Shyamalanfilm. Bekijk bijvoorbeeld een sleutelscène tussen
Joaquin Phoenix en dorpsgek Adrien Brody (het is bijzonder
frustrerend dat ik u niet meer details kan geven, maar als u naar
de film gaat kijken, kunt u ‘m niet missen): die hele scène is in
elkaar gestoken met drie, maximaal vier cuts, wat dat betreft is
hij doodeenvoudig, maar u hàd dat verzamelde publiek eens naar adem
moeten horen happen!
Maar dat is allemaal set-up. Het probleem van ‘The Village’ zit ‘m
in de pay-off. Op een bepaald moment moet je nu eenmaal je masker
later zakken als filmmaker, je moet je ware gelaat tonen en zeggen:
“Voilà, dat is het nu.” In plaats van één twist, krijgen we ditmaal
zelfs een double whammy, waarvan er ééntje werkt en ééntje
simpelweg dood in het water valt. Wees gewaarschuwd: ik ga de
eerste van die twee twists hier vermelden. De tweede laat ik
ongemoeid. Wie er echt niks van wilt weten, kan dus nu beter
stoppen met lezen.
Oké? Daar komt-ie: twist één is dat de schepsels in het bos niet
bestaan – ze werden verzonnen door dorpsoudsten, die allemaal
geliefden verloren hebben in de Grote Stad en zich er bijgevolg uit
wilden terugtrekken om opnieuw te beginnen in een vredig dorpje,
ver van alle geweld. Door de fictieve dreiging van Diegenen
Waarover We Niet Praten, garandeerden ze hun rust, ver weg van de
samenleving. Net zoals eerder in ‘The
Sixth Sense’ en vooral ‘Signs’,
gebruikt Shyamalan z’n plotwending hier vooral om een emotioneel
punt duidelijk te maken – geloven we in tekens of enkel in het
toeval? En hier: komen we ons verdriet van vroeger onder ogen of
vluchten we ervoor weg, schermen we ons ervan af, eender hoe? Als
verrassing is die wending niet zo potent als pakweg het einde van
‘The Sixth Sense’, maar ze is
aanvaardbaar – door de manier waarop de personages werden
geïntroduceerd, kunnen we nog halfweg geloven dat dit zou kunnen.
Mensen doet dit in feite continu: ze verzinnen redenen om de dingen
die ze niet onder ogen willen komen, van zich weg te duwen. De
wending werkt trouwens ook als metafoor voor het Amerika van
vandaag: een plek die zich afsluit voor de rest van de wereld, heel
erg naar zichzelf gekeerd is en bijgevolg voor een groot deel
wereldvreemd is geworden, bang voor de fictieve monsters van de
buitenwereld. Enfin, om het kort te zeggen: de twist is de zwakste
die ik tot nu toe al in een Shyamalanfilm ben tegengekomen, maar ze
kan nog wel dienst doen.
Het is echter daarna dat de boel uit de hand begint te lopen –
Adrien Brody heeft een paar scène’s aan het einde die behoorlijk
bij de haren gesleurd zijn en dan is er natuurlijk de finale twist,
die ik niet zal verklappen maar die eerder een kreun van
teleurstelling dan een zucht van verbazing verdient. En niet alleen
dat, maar die laatste wending roept ook heel wat praktische vragen
op over de rest van de film: “Weten die dan niet dat…” En “hij
moet dan toch geweten hebben dat…”
Om kort te gaan: er begint serieuze sleet te komen op de formule.
‘The Village’ is geen slechte film, maar we hebben het allemaal al
eerder en beter gezien. Trouwens, wat is het nut van een thriller
met een twist als de twist niet werkt?
http://thevillage.movies.go.com/