"Samen zijn wij honderd jaar, Gaby en ik. Gaby zegt dat blinden er ieder jaar een vinger
bij krijgen. Niet echt natuurlijk, maar in hun hoofd. Ieder jaar kunnen zij een beetje beter voelen.
Eerst voelen zij een verschil tussen koud en warm. Maar al snel kennen zij het verschil tussen heel
erg warm, erg warm en lauwwarm. Zo voelen zij steeds preciezer en preciezer. Samen hebben wij honderd
vingers. Misschien worden wij binnenkort een duizendpoot. Als Gaby heel erg oud wordt, of ik
blind." (Sarah Vanagt)
Het verhaal Ogen Alles beschrijft de vriendschap tussen Dimitri, een jonge
blindenbegeleider, en Gaby, een oude blinde vrouw. Een tekst van Sara Vanagt over zien en verzinnen,
over zien en herinneren en over zien en kijken. De tekst is erg spitsvondig en luchtig, maar blinkt
uit in de rijkdom aan herinneringen en fantasie, aan taal en verrassingen.
Centraal in het verhaal is het kinderspelletje "Ik zie, ik zie wat jij niet ziet, rarara wat
is het?" Hoewel Gaby een bline vrouw is, speelt ze dit spelletje erg graag. De herinneringen die
ze heeft van toen ze nog kon zien, zijn voldoende om met de jongen te spelen. Dit spel spelen ze
overal, als ze aan de ontbijttafel zitten, als ze wandelen door de stad of als ze samen op reis
zijn.
Samen zijn Gaby en Dimitri op reis geweest naar Griekenland. Trots toont de jongen de foto’s
die Gaby gemaakt heeft. De foto’s waar hij heel mooi lachend op poseert en waar hij helaas niet
altijd op te zien is. Maar Gaby vindt het prachtige foto’s. Ook zijn de twee naar het
Nederlandse eiland Schiermonnikoog geweest. Een reis die voor Gaby heel belangrijk was want ooit
bezocht ze het eiland tezamen met haar man. De jongen vermoedt dat ze daar haar ogen misschien
verloren heeft en daarom naar het eiland wilde terugkeren. Enthousiast vertelt Leue hoe ze daar op
het strand de rollen omgedraaid hadden: hij was blind en Gaby was blindenbegeleidster geworden.
Vierentwintig uur zag hij niets. Gedurende dag was hij meerdere malen gebotst en had hij geregeld in
het nat gelopen.
Het mag geen toeval heten dat Leue in de uitwerking van de tekst gebruik maakt van visuele
aspecten. Centraal op het podium staat een wit scherm waarop dia’s geprojecteerd worden: haast
alles wat Dimitri Leue vertelt, zie je op het scherm. Bovendien is het afwezige licht een belangrijk
aspect in de voorstelling: wanneer het volledig donker is in de zaal, kun je je als ziende
toeschouwer eens inleven in de wereld van de blinden. Rechts bespeelt Toon Offeciers een vleugel,
korte, speelse melodieën ondersteunen de vertelling.
Op meesterlijke wijze vertelt Leue in korte, vinnige fragmenten over een vriendschap die geen
grenzen kent. Ogen Alles is een licht en speels verhaal over alles wat rond(om) is, over een
ziend kind en een blinde vrouw die samen het kijken herzien.